Paardenmarkt / Mannetjesdag
vrijdag 19 februari 2021
Zomaar een item wat bij me opkomt van vele jaren geleden.
Waarbij het kijken, bekijken een soort van metafoor is in vergelijk met de datingsite.
Waar het op uitkomt, nog geen idee.
Vele jaren geleden werd er in een dorp vlakbij waar ik toen woonde, 1x per jaar een paardenmarkt cq mannetjesdag georganiseerd.
Vast patroon, de 3 e maandag in Oktober.
Mannetjesdag met toen als uitgangspunt de handel met dieren op straat. Dus echt wel lang geleden.
De zgn hoofdweg met uiteraard een café werd afgesloten en gebruikt om de dieren te plaatsen en handel te drijven en later met zijn allen natuurlijk de alcohol te gaan nuttigen.
Het ouderwetse handje klap, verkopen, kopen. Alles met contant geld uiteraard.
Toen nog van alle soorten dieren. Koeien, varkens en paarden. Een drukte van jewelste en uiteraard alleen mannen die de keuring over of van de dieren deden. Keuring over uiterlijk, bouw, vetgemest zijn, dat gold veelal voor de varkens en koeien.
Paarden werden anders bekeken, gekeurd.
Lijn, benen, hoofd, haren, stijl, zwaarte, elegantie.
Verstand van zaken uiteraard maar het was ook in de loop der jaren, ons kent ons geworden. Dus men wist inmiddels ook wat er te koop kwam en wat de historie en de stamboom ontwikkeling was.
Vrouwen waren niet welkom. Nooit. Hadden er zeker zoveel verstand van, maar dit was een mannen aangelegenheid. Is toen ook in de loop der jaren niet veranderd. Dus een echte mannenwereld al werkten de vrouwen in alles achter de schermen mee. ( Wat is nieuw toch?)
Mannetjesdag gekoppeld aan de benaming van paardenmarkt. Alles dus omvattend.
Nu bestaat dat het niet meer en wordt de dag als zodanig niet meer ingevuld met handel. Wel de drank in het plaatselijke café met voordrinken, omdat de vlgd dag er altijd een grote jaarmarkt en kermis is.
Maar dat terzijde.
Waarom ik nu op dit item ben gekomen, is me aan 1 kant een raadsel.
Doch als ik door denk en mijn gedachten over datingsites laat gaan, dat ik veel doe, is dat ontwikkelingen hierbij vraagtekens geeft. Ik realiseer me dat een uitdrukking die ik eens hoorde, daar wel bij in de buurt komt.
Een vleeskeuring, dat wordt over een datingsite gezegd. Erg dit.
Vond en vind dat zo verschrikkelijk negatief maar eerlijk mijn idee en ervaringen opgedaan geven eigenlijk, helaas, wel een soortgelijk beeld.
Wil ik niet, uiteraard niet want ga toch altijd weer open, eerlijk en onbevangen een gesprek aan, in.
Krijg leuke reacties over foto's, mijn omschrijving. Heel tof, complimenteus natuurlijk maar zegt mij voor nu niets, want sta toch steeds, nog als zoekende, op de site. Levert me niets op dus in die zin, maar realiseer me dat dit ook onder een keuring valt. Wat een vreselijk woord eigenlijk als het te maken heeft met mannen, vrouwen die op zoek zijn naar een nieuwe liefde.
Hoeveel mooier en aangenamer was het vroeger. Kijk maar even naar een leuk plaatje dat ik gisterenavond geplaatst heb op T2S. Een ontmoeting, de kermis en de rups. Hoe onbevangen en romantisch was dat? Tuurlijk toen ook vergelijken, maar zo extreem zoals men nu te werk gaat . Zeker niet. Ervaringen en ouder worden maakt het niet eenvoudiger maar juist het tegenovergestelde.
Maar ik ben eerlijk. Ik kijk uiteraard ook naar de foto als deze er is of vraag het op.
Ben helaas toch een paar keer een date aangegaan zonder foto en was echt niet dat wat ik ervan verwachtte. Teleurstellend. Dus dat gaat niet meer gebeuren. Valt dat onder keuring? Ja in zekere zin wel. Realiseer ik me ook. Want ja, weet wat ik wel, niet aantrekkelijk vind. En knap is een vreselijk ruim begrip en zo persoonlijk. Een omschrijving zegt me veel, al weet ik ook dat het maar woorden zijn. Maar een mooi omschreven profiel waar aandacht aan is besteed, valt me op. En ontbreekt dan de foto, dan vraag ik of deze geplaatst kan worden.
Wordt die niet gegeven of duurt het gewoon naar mijn beleving te lang, dan investeer ik geen tijd meer in berichten, chatten of mail.
Ben resoluut en hou er mee op. Geduld is een schone zaak, maar heeft een grens voor mij.
Recentelijk leuk contact, geen foto. Over en weer geschreven, zelfs per mail want een gratis lid kan niet echt veel. Dus deze man was gelukkig inventief en dat was het dan ook. En dan komt de rugzak weer. Uitvluchten, scheidingsproces, terug in de schulp kruipen.
Ik heb inmiddels een radar of fingerspitzengefuhl gekregen wat betreft schrijftaal en uitvluchten die gebruikt worden.
Ga even een paar dagen weg, ben weinig online geeft hij door. Maar zie hem nu, gisterenavond, vandaag, toch met wat momenten online. Dus streep eronder en blokkeer. Heb het wel gehad met die onzin verhalen. Recht je rug en wees een vent, denk ik dan.
Ben daar dan zo klaar mee. Kom dan niet op een site als je er nog niet klaar voor bent en val mij niet lastig met twijfel en onzin.
Excuus maar dat was even een dwaling van wat er recent gespeeld heeft en ook daarmee te maken heeft.
Terug naar een foto.
Want ja eerlijk het innerlijke is uiteraard gigantisch belangrijk maar het plaatje is ook van belang.
Het uiterlijk trekt aan, het innerlijke bindt.
Wat me dan opvalt, voor mezelf sprekend is dat mannen ook altijd nog foto's vh geheel willen zien. Dat vind ik zo bijzonder en eigenlijk ook wel irritant. Zien wat voor vlees er in de kuip zit. Beetje oneerbiedig geschreven.
Dus ook hier is het dus als op de paardenmarkt. Kijken, bekijken, keuren,
Geldt voor de mannen en vrouwen uiteraard.
Kijken naar de stijl, het haar, het figuur, de minnen, plussen en dan het innerlijke.
Dus is er eigenlijk iets veranderd? Nee niet echt toch.?
Schrijf ik dan met een knipoog!
geplaatst door Sanne1 - 1477 keer gelezen
Vorige berichten
Potjeslatijn
Op ieder potje past een dekseltje. Voor de potjes in mijn keuken gaat dat doorgaans wel op. De potjes en deksels zijn redelijk standaard en vaak uitwisselbaar. Ik kan bovendien ervan uitgaan dat wanneer een potje vandaag bij het deksel past, dat het ook morgen nog het geval zal zijn. Die voorspelbaarheid is een hele geruststelling. Ik ben ook vertrouwd met de inhoud van mijn potjes. Ik weet welke ingrediënten ik moet combineren om er een behoorlijke maaltijd mee mee op tafel kan krijgen. Met sommige ingredienten moet ik behoedzaam omgaan, dat heb ik allemaal wel onder de knie. Per slot van rekening heb ik tijd genoeg gehad om dat allemaal te ontdekken. Mijn verzameling potjes is in de loop der jaren behoorlijk uitgedijd, maar desalniettemin overzichtelijk, alles heeft zijn plek gekregen.
In spreekwoordelijke zin is het een ander verhaal. Potje-vindt-dekseltje mag dan opgaan voor twintigers – vooropgesteld dat die redelijk ongeschonden door de puberteit heen zijn gekomen – maar als vijftig- zestig- zeventigplussers zijn we net als die keuken, ieder van ons een hele verzameling potjes gevuld met verhalen en ervaringen. En op sommige potjes zit ook al een stevig deksel – de kunst is dan juist om het deksel er ooit nog eens vanaf te krijgen, zodat de inhoud verwerkt kan worden. Onze eigen potjes zijn ons vertrouwd, we weten wat er in zit en hoe we ermee moeten omgaan. Maar de potjes die een ander meebrengt, daar moet je maar het beste van hopen.
De vele jaren die mensen feitelijk nodig hebben om elkaars provisiekast te leren kennen en daarmee mooie mengsels te creëren is ons vaak niet gegund. Begrijpelijk ook, want je kunt van te voren niet weten of dat überhaupt kans van slagen heeft. Maar als je nog niet van elkaar weet welke potjes een ander meebrengt, van welke potje je kunt proeven en welke je nog maar even dicht moet laten, dan moet je maar net de mazzel hebben dat je het juiste dekseltje losdraait. En daarna weer, totdat je ook eens een potje kunt breken. En omgekeerd is dat natuurlijk ook het geval. Anders maak je er een potje van. Dat is dus bijna onvermijdelijk.
Potjes met gedistilleerde levenservaring, levenslessen ook, is een voorstelling van zaken die bekend is geworden door de tovenaarswereld van Harry Potter - die naam komt ook niet uit de lucht vallen: potjes met dromen, angsten, verlangens. Vaak een geheimzinnige, duistere inhoud die bedoeld is om geheim te blijven, of in elk geval in de private sfeer, maar in een fantasiewereld loopt het uiteraard anders en aan het eind komt alles goed. Joanne Rowling had het idee overigens weer, althans dat vermoed ik, van Roald Dahl’s GVR. De vriendelijke reus die dromen verzamelt in glazen potjes en de fijne dromen naar slapende kinderen blaast met zijn dromentrompet. De potjes met foute dromen zijn rood en die met goede dromen zijn blauw of groen. Was het maar zo eenvoudig.
In de zevende hemel
Vorige week was er iedere avond een kerstfilm op tv. Meestal zijn die films mierzoet, dus ga ik daar niet naar kijken. Maar ach, eentje om alvast een beetje in kerstsfeer te komen kan geen kwaad. Zoals vaak het geval is, was de plot overbekend. Een jonge, knappe prins die incognito een lief, mooi burgermeisje ontmoet.
Zij werkt in een banketbakkerszaak met heerlijke bonbons, chocola en gebak. Hij wordt straal verliefd op haar. Zij weet uiteraard niet dat hij een prins is en hij geniet daar met volle teugen van. Deze plot zou prima kunnen passen in de boekjes van de Bouquetreeks, de hoofdpersonen daar zijn zonder uitzondering ook jong en knap. Meestal zijn het twintigers, hooguit begin dertig jaar. Ze leven in een droomwereld die veel mensen aanspreekt.
Wat me soms opvalt in de datingwereld, dat er nog best vaak gedroomd wordt van de perfecte man of droomvrouw, waardoor je je ineens in de zevende hemel waant. Alleen zijn wij ongeveer veertig jaar ouder dan de hoofdpersonen in die tv-films. Ik denk ook weleens aan die boeken van de bouquetserie als ik in het profiel van een man van 70+ lees : ik wil de sterren van de hemel vrijen met haar. Zij, ook 70 zou graag in zijn sterke armen willen verdwijnen.
Als je zoiets opschrijft voel je je in je hoofd misschien ook wel weer twintig jaar. In werkelijkheid zijn velen ons niet meer zo soepel en lenig. Twee tot drie dagen spierpijn lijkt me na zo'n woeste vrijpartij niet denkbeeldig. Daarom vind ik intimiteit een veel beter woord. Intimiteit kent vele gradaties. Van een arm om je heen, tot knuffelen, elkaar teder aanhalen. Wat daar verder nog van komt zie ik later wel weer...
Door het raam
Tenminste twintig minuten, zo lang moet ik dit volhouden van mezelf. Mijn benen draaien rond en rond, mijn armen bewegen in hetzelfde ritme heen en weer. Crosstrainer, zo heet dit ding. Het staat voor het grote raam, naast de loopbanden, en er zitten knopjes op waarmee ik de draaicirkel kan vergroten en verkleinen. Die draaicirkel moet natuurlijk groter, steeds groter - wat goed is voor de heup, voor de heupen. En goed voor mijn moreel.
Het raam van de sportschool is van donker glas, het soort glas dat de wereld van binnen naar buiten gezien helder maakt, en de wereld van buiten naar binnen juist donker. Binnen, daar wordt serieus getraind: Het aardige echtpaar, de grijze man met het buikje, de hockey meisjes, de behulpzame Engelsman, de man die zijn drinkfles alvast op zijn volgende toestel zet, de donkere jonge vrouw in het wijde, witte trainingspak. Ze straalt stijl en klasse uit, deze vrouw, en ze zegt nooit wat. Totdat ze verschrikkelijk hard niest in de toiletruimte achter de kleedkamer. ‘Did I frighten you’, vraagt ze helemaal betraand om het hoekje van de deur. ‘No, you amazed me. I didn’t know you could sneeze that loud’. Ze lacht, en we wensen elkaar ‘a nice day’ als ik naar huis ga.
En buiten, buiten op het plein, daar lopen de scholieren, de reizigers met hun rolkoffers en hun rugtassen, de vaders en moeders met hun kinderwagens en hun boodschappentassen. De scholieren dragen zwarte puff jacks op grijze joggingbroeken - behalve die ene prachtige jongen. Die jongen draagt een wijd uitstaand capuchonjack tot net boven zijn blote navel. Ze lijken elke dag vijf euro mee te krijgen om van te lunchen, de scholieren. Genoeg voor een plastic zakje met twee croissantjes, een blikje energiedrank en een zak chips. Eetze, kinders! De jongens kijken niet naar het raam van de sportschool, de meisjes wel - en aan het even verschikken van hun haren te zien, kijken ze dan naar hun eigen spiegelbeeld. Soms ziet iemand mij - mijn haar licht nogal op achter het donkere glas - en soms zwaait zo iemand dan maar. Ik zwaai terug, voel mij voor even de koningin van de crosstrainers. Mannen wanen zich nogal eens ongezien, alsof het buiten voor mij even donker is als voor hen binnen. Zo’n man blijft dus kijken, zolang hij voor het raam loopt. Ha, ik kan langer naar hem kijken dan hij naar mij! Hij is een docent, een reiziger, een man op weg naar de supermarkt. En ik ben Lois Dodd*, de kunstdocent wier eigen werk pas groots werd tentoongesteld toen ze 85 was. Ze schildert ramen, en het licht dat op de wereld achter het raam valt. Het valt op een open ruimte - zoals achter mijn raam - op bomen, gebouwen, op een heel bos, op het raam van een schuurtje, op het wapperende wasgoed aan de lijn. Rode lakens! Die zullen niet in de wasmachine naar vlekkerig roze verkleuren door een rode sok.
Over sokken gesproken: Ik trof een orthopeed die pas aan opereren denkt als het me niet meer lukt om mijn sokken aan te trekken. Dat heb ik zo voor elkaar, hoor: Een maand lang minimaal bewegen en kijk nou eens, ik kan mijn sokken niet meer aantrekken! Eh. Dat ga ik dus niet doen. Zelfs als jij belooft elke ochtend langs te komen om mij mijn sokken aan te trekken, ga ik dat niet doen.
*Lois Dodd heeft momenteel een expositie in het Haagse Kunstmuseum: ‘Framing the ephemeral'.