Mijn eigen First Dates restaurant
vrijdag 10 maart 2023

Ik kijk de laatste tijd weleens naar het programma First Dates op NPO3. Op een gegeven moment hoorde ik een stel zeggen dat ze dachten dat ze door de experts waren gematchst, omdat ze beiden van pretparken hielden. Nou, als dat een criterium is om twee mensen aan elkaar te koppelen, hoef ik bij 50plus alleen maar op de rubriek vrije tijd naar de ingevulde hobby's van de ander te kijken, dacht ik. Om daarvoor naar Amsterdam te reizen om via een blind date met elkaar te gaan eten (?), dat hoeft voor mij niet. Ik kan hier ook een eigen first-date restaurant vinden en het zelf gaan organiseren.
Zo gezegd, zo gedaan. Ik ging via de rubriek "ga je mee op date" een oproep plaatsten om met een leuke man uit eten te gaan in een goed restaurant bij mij in de buurt. Ik besloot geen onderscheid tussen vriendschap of relatie te maken, maar wel erop te letten of de man in mijn leeftijdscategorie zou passen. De spelregel is wel dat hij bereid is naar het door mij uitgezochte restaurant te komen, want dat gaat in het First Dates-programma ook zo. Aangezien er geen kistje op tafel komt na afloop van het diner, zal ik zelf genoeg contant geld meenemen om mijn deel te betalen, bedacht ik. Splitten via het pinapparaat kan weleens lastig zijn voor een restaurant.
Yes, de oproep had succes. Eerst kreeg ik alleen een paar likes binnen op de oproep. Nee, niet mijn uitnodiging afwachten, je mag zelf de actie ondernemen om je op te geven, dacht ik. Er kwamen twee positieve reacties binnen : een van een heer uit mijn eigen omgeving en even daarna ook eentje van een man uit de regio van Den Haag. Hij had het er graag voor over om mijn kant op te komen voor een gezamenlijk diner. Aangezien ik intussen al een diner had geregeld met de man uit mijn eigen regio, besloot ik de heer uit Den Haag netjes te berichten dat ik al een afspraak gemaakt had.
Het etentje was gezellig. Het eten was prima en we hadden genoeg aanknopingspunten om over te praten. Ook samen af en toe heerlijk gelachen. Ik had er eigenlijk wel oren naar om voor een tweede keer iets met hem af te spreken. Bij het afscheid zei hij echter dat hij nog niet zo lang lid was van 50plus en nog afspraken had lopen met twee andere dames van 50plus. Die wilde hij ook nog graag ontmoeten. Een vervolgafspraak met mij zou dus enige tijd moeten wachten. Dan kan ik wel een keer met die meneer uit regio van Den Haag uit eten gaan, zei ik tegen hem. Geen probleem, zei hij, ik neem tzt wel weer contact met je op via de 50plus mailbox. De volgende dag zag ik tot mijn schrik dat ik het interesse mailtje van de 2e man had gewist, omdat ik het zelf niet integer vond om hem op de reservebank te zetten. Ik wist helaas zijn nickname niet meer, maar zijn profielfoto zou ik meteen herkennen.
Ik keek op de rubriek : bezocht mijn profiel, daar vond ik hem niet. Hij had waarschijnlijk rechtstreeks op de oproep gereageerd en niet op mijn profiel gekeken. Misschien is hij ook een nieuw lid, dus ging ik op nieuwe leden zoeken, daar stond hij ook niet. Wat nu? Ik deed een oproep op things to share of hij opnieuw wilde reageren. Via een 50pluslid kreeg ik op dit lijntje de gouden tip om via de rubriek "zoeken" op leeftijd en provincie het nog eens te proberen. Bingo, daar zag ik hem tussen staan.
Ik stuurde hem meteen een bericht en kreeg gelukkig weer contact met hem. Hij gaf me zijn 06nr en 's avonds belde ik hem op. Ik legde hem uit, dat ik hem niet kon bereiken omdat ik hem per ongeluk uit mijn mailbox had gewist. Geen probleem, zei hij, dat kan een keer gebeuren. Hij ging alleen op zeer korte termijn op vakantie, dus zou het eind maart worden voor we samen een geschikte datum konden plannen om uit eten te gaan.
Ik vond het jammer als mijn oproep hiermee zou eindigen. Enkele dagen later kreeg ik toch weer een reactie van weer een andere man uit mijn regio. Hij voelde wel wat voor een lunch. Prima, dat kan natuurlijk ook, dacht ik. Waarom niet, driemaal is scheepsrecht, toch?...
geplaatst door sixty - 1705 keer gelezen
Vorige berichten
Voldoende inspraak hebben
Vorige week dinsdag kreeg ik een appje van mijn museumvriend. Om 22.40 uur is er op NPO2 een documentaire over schilder, beeldhouwer en architect Rudi van de Wint en zijn immens grote kunstwerken op het uitgestrekte duinterrein "De Nollen" in Den Helder. Weet je nog dat we vele jaren geleden daar zijn geweest en er een rondleiding hebben gehad? Ja, dat weet ik nog, ik ga kijken, appte ik terug. Rudi van de Wint is in 2006 overleden, zijn 2 zonen Ruud en Gijs beheren nu samen De Nollen.
Kunstenaar en architect Rudi van de Wint heeft in de 60-iger jaren van de vorige eeuw een voormalige vuilnisbelt omgetoverd tot een uniek natuurgebied in de binnenrand van het duingebied van Den Helder en met zijn eigen, grote kunstwerken opgesierd. Hij is een van de bekendste kunstenaars in Nederland, want ook de fel gekleurde muren in de vergaderzaal van de Tweede kamer, een kruising tussen een beeldhouwwerk en een schilderij, waren een werk van zijn hand. Bijna iedereen heeft die wanden bij een tv-uitzending van een debat in de Tweede Kamer weleens gezien. Ik ben blij dat ik de documentaire heb gezien, want vooral de beelden vanuit de lucht lieten dit prachtig geworden natuurterrein in al zijn glorie zien.
Het onderhoud van het landschap en het in goede staat houden van alle kunstwerken wordt door zoon Ruud gedaan, zijn broer Gijs doet het financiële gedeelte, zoals alle contacten met de gemeente Den Helder, het Rijk en de Museumkaart. Jaarlijks ontvangt De Nollen ongeveer 7000 bezoekers, maar dat kan beter vinden de ambtenaren van de stad Den Helder. De grote loodsen waarin vader Rudi zijn gigantische kunstwerken maakte kunnen heel goed omgebouwd worden tot een museum van Internationale allure, maar dat kost geld, veel geld. Ik zag de 2 zonen als paradijsvogels tussen al die belangrijke heren in kostuum zitten, die speculeerden over het aantal bezoekers wat dat nieuwe museum zou kunnen ontvangen, mogelijk wel 100.000 per jaar.
Daarom moesten er ook wisseltentoonstellingen komen van jonge kunstenaars, zodat de stroom bezoekers na het 1e bezoek zal blijven komen. Oudste zoon Ruud opent nu voor de 1e keer zijn mond en zegt : zoveel mensen? Het is wel een kwetsbaar natuurgebied en mijn broer en ik zijn eigenaar hiervan. De mensen kunnen niet zomaar overal gaan lopen, vandaar dat we rondleidingen hebben. Ik moet wel de vrijheid houden om nieuwe paden naar de kunstwerken in het open veld aan te leggen, als ik dat nodig vind. Hij had tevens zijn bedenkingen over allemaal exposities van andere kunstenaars : het is wel het levenswerk van onze vader, die hier zijn nalatenschap van heeft gemaakt, zei hij nadrukkelijk.
Na het vertrek van alle ambtenaren gingen de broers daarover in discussie. Er wordt voor miljoenen geïnvesteerd in dit museum, zei jongere broer Gijs, daardoor krijgen deze heren onvermijdelijk inspraak hoe dit museum zo rendabel mogelijk te maken. Door de gestegen inkomsten kunnen we misschien ook wat ouder werk van vader terugkopen om dat ook in het museum ten toon te stellen. Bovendien krijgt vader nu veel naam en faam in het buitenland met dit unieke museum. Het terrein ligt op korte loopafstand van NS-station Den Helder Zuid, je bent dan ook meteen in duingebied.
Opeens ging me een licht op waarom zoveel 50plusleden niet meer willen samenwonen. We hebben allemaal een klein koninkrijkje thuis ingericht in de loop der jaren. Als je gaat samenwonen krijgt de ander daar onvermijdelijk inspraak is, anders is de relatie niet gelijkwaardig. Maar tot hoever laat je dingen in de kamer(s) van jouw koninkrijk veranderen, zodat hij/zij zich daar ook goed thuis kan voelen? En hoe doe je dat zonder onenigheid te krijgen? Vandaar dat velen van ons (ikzelf incluis) toch de voorkeur geven aan een LAT-relatie...
Een vriendschapsaanzoek 2.0
Van het fenomeen liefdesbrief hebben veel jongeren alleen van hun (groot-) ouders iets gehoord, onze kinderen zullen smakelijk lachen of een beetje schouderophalend reageren, als ze horen hoe hun voorouders aan iemand lieten weten, dat ze verliefd op hem of haar waren.
Wat gaat dat tegenwoordig toch anders. Een appje als je iemand leuk vindt, een reactie op Facebook of Tinder. Toch was die papieren liefdesbrief nog zo gek niet. Die manier van communiceren via de PTT had “wat”. Het handschrift, de adressering op de (liefst een roze gekleurde) enveloppe waren de eerste binnenkomer. Een slordig handschrift en fouten in de tenaamstelling waren een breekpunt.
Dan de brief zelve. Als je al met elkaar verkering had of zelfs als je al verloofd of getrouwd was zond je zo’n schriftelijke ontboezeming van je diepste gevoelens aan jouw geliefde. En dan wachten op een reactie. Veel ontvangers (meestal vrouwen) van die brieven bewaarden ze consequent. Wat gebeurde er dan als de liefdesgloed verbleekte, als de relatie stopte?
Er waren ook liefdesbrieven aan iemand, waar je in stilte verliefd op was, maar je durfde dat niet vis-a-vis uit te spreken.
Het komt ook nu nog voor dat ik iemand “in het wild” ontmoet waarvan ik zeg “Wow!”. Bijvoorbeeld op de dansvloer. Het is bijzonder, dat in die context deze gevoelens niet zo snel uitgesproken worden. Ik verbaasde mij hierover, waar zou dat door komen. Opeens viel het kwartje. In zo’n omgeving zijn de vrouw, die ik leuk vind en ik niet alleen. Ik ben terughoudend in het en plein public uitspreken van wat er in mij borrelt. Is dat een verkeerde schaamte of is het zelfbescherming?
Als iemand gezellig met je danst wil dat nog niet zeggen dat diegene wat voor jou voelt, als jij zelf diegene wel in je armen zou willen sluiten. Er zijn allerlei signalen die je kunt oppakken, waardoor je weet of je een kansje maakt.
Digitaal werkt dat geheel anders. Hét grote pluspunt bij digitaal dateverzoeken doen is mijns inziens dat je de tekst die je naar een potentiële date zendt voordat je op de knop drukt onbeperkt kunt aanpassen / corrigeren. Je kunt zelfs op het laatste moment besluiten het bericht toch maar niet te zenden.
Digitaal daten kan heel uiteenlopend uitpakken, vanaf eindeloos wachten op een reactie op een berichtje, tot een snel akkoord gaan met een afspraak, tot een tijdje mailen of een afbericht per omgaande. Maar dat is weer vergelijkbaar met de dansvloer. Iemand vraagt een dame ten dans, zij kan twee dingen doen: met hem de vloer opgaan of beleefd danken voor de invitatie en blijven zitten.
Op een digitaal afbericht kun je heel divers reageren, op een weigering om te dansen is er doorgaans geen discussie. Ik denk dat de manier van reageren individueel heel verschillend is. Sommigen zijn op hun staart getrapt als ze een blauwtje lopen, anderen doet het niet veel.
Zo’n blauwtje kan ook leerpunten opleveren.
We zijn dus van vriendschapsaanzoek 1.0 via misschien 1.1. naar 2.0 gegaan. Ik vraag me af of iedereen met name als iemand ouder is die veranderingen heeft kunnen bijbenen.
Mijn roots
Mijn roots
Na mijn trouwen vertrok ik op drieëntwintig jarige leeftijd naar een niet zo’n groot dorp in Zeeuws Vlaanderen en nu woon ik sinds tweeduizendzestien in de Hoeksche Waard. Maar mijn roots liggen in de historische regio Salland in de provincie Overijssel. Om precies te zijn In Schalkhaar en Deventer.
Roots: “Mijn afkomst, mijn oorsprong, waar mijn wortels liggen”. Mijn culturele identiteit.
De plek waar ik oorspronkelijk vandaan kom. Het behelst mijn opvoeding, de cultuur van de regio, het dialect, maar ook de jeugdherinneringen. Schalkhaar de plaats waar ik geboren ben, waarin ik de eerste tien jaren ben opgegroeid. Waar mijn vader mij leerde schaatsen en leerde fietsen. Alle belevenissen voor de eerste keer ervaren maken herinneringen intenser.
Met zoonlief afgelopen week enkele dagen in Deventer verbleven. De stad waar ik de middelbare school heb bezocht, waar ik verliefd ben geworden en waar ik mijn man heb ontmoet. De stad waarin ik als jong volwassene het uitgaansleven heb ontdekt. De levendigheid van een stad heb ervaren. Tijdens de pauze van mijn werk even de stad in om bij goed weer te lunchen op een terras, of de van huis meegebrachte lunch met collega’s te nuttigen op de Welle langs de IJssel. Of een ijsje eten bij de zeer bekende Italiaanse ijssalon.
We hebben op de fiets Deventer en omgeving verkend. Plaatsen bezocht waar ik gewoond, gewerkt heb en naar school ben geweest. Het huis waar ik geboren ben. Wat is het leuk om aan mijn zoon de plekken van mijn jeugdherinneringen te kunnen laten zien en het vertellen van de bijbehorende belevenissen. Maar wat is alles veranderd in de loop der jaren. Routes die ik in mijn hoofd had naar school, naar het werk, ik herkende ze in 1e instantie moeizaam. Nieuwe gebouwen, nieuwe wegen en… het is veel drukker.
We logeerden in een honderdvijftig jaar oud Hotel in het historische centrum van Deventer. Een architectonisch gebouw met tradionele elementen met modern comfort. De brede lange trappen naar de verdiepingen met op iedere verdieping prachtig grote ramen. Op de hoogste verdieping een mooi uitzicht op de Brink en de stad. Wanneer je je ogen sluit kun je je wanen in een film van Sherlock Holmes. De vloeren die kraken, zowel in de oude lift. Er zijn veel oude historische gebouwen verdwenen, maar dit hotel is er gelukkig nog. Het sloot goed aan bij mijn herinneringen en het opnieuw teruggaan naar de regio van mijn roots.
Liefs,
Monique