Veel zegen en een zoen
maandag 7 mei 2018

Het begon ermee dat ik in de donkere bijkeuken op een naaktslak trapte. Het zei ‘knak’ onder m’n rechter voet en even wist ik niet wat er was gebeurd. Ik wist alleen dat het iets smerigs was, iets onomkeerbaars, iets ergs misschien. De kat kon het niet zijn: die had ik in Leiden achtergelaten, voor het laatst. Niet dat ik hem de volgende keer meeneem. Nee, ik blijf zelf in Leiden als ik weer op hem heb gepast. De naaktslak lag er mooi bij. Zo dood en zo deftig uit z’n vel gebarsten: z’n voorkant zwart, z’n achterkant wit.
Tot nu toe had ik steeds gedacht dat ik alleen maar ergens naar toe wilde. Naar Leiden. Nu wil ik ook weg. Weg uit Drachten, waar ik tot mijn eigen verbazing al tweeëntwintig jaar woon. Vraag me niet hoe een dode naaktslak hiermee te maken kan hebben - hoe gek zou ik daarvoor moeten zijn? Hoewel. “Er is niet zoiets als een vaststaand, authentiek zelf, we zijn complexe, rommelige wezens.” Dit inzicht dateert al van ver voor de jaartelling, maar het komt me goed uit dat de Brainwash talk van filosoof Michael Puett over dit onderwerp, juist nu werd uitgezonden. Het scheelt een hoop werk: ik hoef niet op zoek te gaan naar mijzelf tijdens deze emotionele verhuizing. Ik hoef niet de illusie te hebben dat ik als de uiteindelijke, uitgekristalliseerde versie van mezelf mijn hopelijk laatste verhuizing uitvoer. Ik wil van Drachten naar Leiden verhuizen, meer is er niet. En ik wil het slijm van die slak uit m’n sok krijgen.
Het koor begon met de Mauthausen-liederen van Mikis Theodorakis. Wat ik wel wist want daarom was ik gaan luisteren, maar toch: de ontroering overviel me. Jeugdsentiment. Die plaat van Liesbeth List staat nog steeds in m’n kast, naast de jonge Herman van Veen en naast oude blokfluit muziekjes. En misschien moest die plaat daar toch maar blijven staan, ook al heb ik de platenspeler verkocht aan een verhuizer. Er is niet zoiets als een vaststaand, authentiek zelf…
Ik had naar de onstuimige film ‘Hemingway and Gellhorn’ gekeken, alleen op mijn harde, houten bank. En ik miste plotseling mijn ‘Short Stories’; destijds als vanzelfsprekend gesneuveld in de Huwelijkse Strijd om Ruimte in de Boekenkast. Aan de wandel dus, naar de plaatselijke bibliotheek. Waar geen enkel boek van Hemingway blijkt te staan bij de literatuur! De zoekterm Ernest Hemmingway levert geen resultaten op voor deze bibliotheek en één resultaat voor de provincie. Wat? Het is verdorie de hoogste tijd dat ik naar boekenstad Leiden verhuis. Barbaren zijn het hier. Hemmingway! Hemmingway? Hemingway! Zijn ‘Short Stories’ staan hier niet, maar ‘De oude man en de zee’ wel. Bij de spannende boeken.
Hij kwam me tegemoet lopen op de zonnige kade, X, en ik zag hem aarzelen. M’n grote zonnebril bracht hem aan het twijfelen over wie ik was. Hij zal niet rondlopen in Leiden; niemand die ik hier ken zal zomaar rondlopen in Leiden - wat best verloren zal voelen. “Ik voel me hier soms ook verloren”, zei hij. Wat me verbaasde; hij woont hier immers al z’n hele leven. We zijn complexe, rommelige wezens… “Veel zegen in Leiden”, zei hij ook, en we gaven elkaar een zoen. Hij komt m’n picknicktafel nog ophalen. Er is geen plek hier in Drachten waar ik m’n picknicktafel liever achterlaat dan op het grasveld in zijn tuin aan het water.
geplaatst door RodeJas - 7282 keer gelezen
Vorige berichten
Verlangen
Wat is leuker, iets hebben of ernaar verlangen?
Ik kan ook zeggen: íemand hebben of naar íemand verlangen.
Even los van het woke geneuzel, dat je iemand niet kunt hebben, waarop ik dan zou kunnen antwoorden dat je ook 'iets' niet kunt hebben, omdat bezit een illusie is, even los daarvan, is dat voor mij wel een gewetensvraag om eerlijk te zijn en waarom zou ik dat niet zijn. O ja, en laten we ook niet gaan zeuren over het woord 'leuker'.
Gewetensvraagje dus. Er is iemand, wat is het juiste woord, beschikbaar? Vooruit, zij is beschikbaar. Ik verlangde naar haar en zij wilde niet (meer). Let op, ik gebruik de onvoltooid verleden tijd. En nu wil zij wel, joepie, dan wil ik toch ook? Of niet? Gewetensvraagje met twee vraagtekens.
Herken je dat? Eerst is er: ja natuurlijk met drie uitroeptekens. Wanneer spreken we af, appt ze. En dan zie je één uitroepteken als sneeuw voor de zon verdwijnen, zonder dat je er iets van snapt. En dan ga je malen, voor graan prima, voor de menselijke geest zelden, dus je gaat slapen. En de volgende dag denk je: misschien moet ik haar mailen, maar dat is eigenlijk schriftelijk malen, dus dat doe je niet.
Langzaam maar zeker verdwijnt er een tweede uitroepteken. Wat is hier nu eigenlijk aan de hand Plan B? Het is een mooie vrouw, intelligent, interessant, enz., enz., enz.
Nou, dat is ongeveer waar ik ben in het gesprek met mezelf over verlangen an sich en/of naar haar. Misschien hebben jullie een goed advies voor haar.
Verfrissend of Sleur?
Ik kom op FB een bericht tegen van een kennis dat ze vandaag 21 jaar getrouwd is met haar 2e man.
Dat doet me even denken aan mijn eigen leven de afgelopen 21 jaar.
Er wordt dan altijd gezegd dat je jezelf niet moet vergelijken.
Maar eigenlijk is dat als je het doet vanuit een laag zelfbeeld en weinig zelfvertrouwen. Dan ga je door je te vergelijken nog minder waard voelen.
Om eens te vergelijken als je jezelf niet minderwaardig voelt, maar puur uit nieuwsgierigheid, kan best leerzaam en verhelderend zijn. Even een heel andere blik geven op je leven en kan het je zelfs een boost geven!
Ik kijk zo wel eens meer naar mensen die al langere tijd getrouwd zijn, en in sommige gevallen nog altijd bij hun eerste partner zijn.
Als ik dan kijk hoe zij leven, best heel leuk. Carnavallen, elk jaar op vakantie met de sleurhut, kinderen, nog altijd hetzelfde werk, enzovoorts.
Ik heb dat niet omdat ik gescheiden ben na 10 jaar huwelijk. Daarna nog een relatie van 10 jaar en een korte relatie van anderhalf jaar.
Maar ik kan niet zeggen dat ik weemoedig terugkijk en denk “Ik wilde dat ik ook zo’n leven had als zij!”
Wat ik wel denk is meer in de richting van, “Wat saai!” En voorspelbaar.
Ik zou echt een lange relatie willen, het was ook waar ik voor ging toen ik mijn ja-woord gaf.
Maar hoe dat inhoudelijk zou zijn, zie ik nu heel anders..
Omdat ik nu zoveel beter weet wie ik ben, wat ik nodig heb in het leven om vervuld te zijn.
Ik ben ook een aantal keren van beroep gewisseld. Van administratief naar doktersassistente, dan docente Engels & Nederlands, en coach van vrouwen.
Ik ben niet onder één noemer te vangen, op geen enkel vlak eigenlijk, en ik sta nog altijd niet stil.
Toen ik rond de 30 was zei ik gekscherend “Ik ben een eeuwige studente” omdat ik weer aan het studeren was, voor doktersassistente.
Dat was echt bedoeld als grap, maar jaren later besefte ik me dat het de waarheid is. Ik blijf altijd groeien & ontwikkelen.
Ik moet er echt niet aan denken om in een relatie te zitten zoals ik bij sommigen zie. Heel voorspelbaar, lijkt me een vreselijke sleur van jaar in, jaar uit hetzelfde. Ik voel me al gillend gek worden van het idee alleen!
Kan het dan anders?
Ja, dat zie ik dan bij een vriendin.
Zij is stewardess, haar man was captain op Boeings bij de KLM, inmiddels in zijn 50e en gestopt met werken.
Die hebben een top leven. Echt gelukkig, stralend, en nog altijd verliefd op elkaar.
Een heel afwisselend leven dankzij hun werk. Meer dan genoeg geld, kinderen goed gestudeerd en die goed in hun vel zitten.
Veel vakanties en absoluut geen doorsnee leven waarbij elke dag hetzelfde is, jaar in, jaar uit. Ook niet continu samen zijn door hun werk.
Maar wel heel gelukkig zijn.
Zij zijn elkaars eerste echte partner. Niet eerder getrouwd geweest, samen kinderen gekregen, nooit gescheiden.
Op die manier zou ik dan ook wel in een lange relatie willen zitten. Afwisseling in plaats van voorspelbaar, uitdaging, genoeg geld om te doen wat je wilt doen, geregeld heerlijk uitgebreid op vakantie.
Met zo’n leven heb je veel meer ontspanning dan de meeste mensen en is het leven vanzelf al makkelijker en stukken leuker.
Ik bedoel niet te zeggen dat een lange relatie met een normale baan en meer geregeld & voorspelbaar leven niet gelukkig kan zijn.
Ik zeg alleen dat dat voor mij niet is waar ik gelukkig van zou worden. Normale baan en redelijk geregeld is prima, zolang het cirkeltje maar niet te klein wordt en geen sleur.
Ik realiseer me dat wat ik als “sleur” zie voor een ander juist heerlijk fijn vertrouwd en veilig kan voelen.
Wat zijn we toch allemaal anders!
Ik vraag me ergens ook af of het niet altijd bij elkaar zijn een factor kan zijn voor blijvend geluk en verliefdheid in een langdurige relatie.
Een ander koppel wat ik ken wat zo’n 12 jaar samen is. Ze zijn elkaars 2e partners en zijn ook nog altijd dolgelukkig samen.
Ze zijn een jaar of 8 terug naar een land vertrokken waar ze zich thuis voelden.
Zij werkt niet, hij zit voor zijn werk geregeld 4-6 weken in het buitenland. Daarna is hij dan een paar weken thuis, dan weer 4-6 weken weg.
Dus net als het stewardess-captain koppel, zitten ze niet dagelijks bij elkaar.
Zelf zou ik daar dan toch weer wel voor moeten schakelen. Want je hebt dan toch elke keer weer het afscheid moeten nemen en dat vind ik altijd moeilijk. Anderzijds doen zij dat dan wel vanuit het volle weten dat hun partner van hen houdt, dat het goed zit. Er is geen onzekerheid in die zin, wat je met telkens weer afscheid nemen in een datingfase van een relatie wel hebt zolang er nog geen echt commitment is.
Een ander iets waarbij ik denk, speelt dat ook een rol bij langdurig liefdesgeluk: een jongere man.
Bij 2 van mijn “voorbeeldkoppels” is de man zo’n 10-15 jaar jonger dan de vrouw. De KLM captain niet maar die is heel actief & fit, én breed ontwikkeld.
Dat laatste is voor mij wat ik sowieso nodig heb in een partner, dat ie net als ik breed ontwikkeld is. En ook blijft ontwikkelen.
Dan wordt het leven eigenlijk al geen sleur.
Ik zoek iets wat verfrissend is en blijft. Dan is een lange relatie geweldig!
Grenzen verleggen
Twee dingen zijn belangrijk om je eigen grenzen te verleggen : je lichaam in goede conditie en een sterke geest. Je zult dus goed getrainde spieren moeten hebben. Ook doorzettingsvermogen, dat heb ik duidelijk gezien bij de grote wielerkoersen die op tv werden uitgezonden. Bijvoorbeeld de tijdrit, waarin iedere seconde telt. Voordat de renner start zit hij al een tijd warm te draaien op zijn fiets. Het is belangrijk dat zijn spieren goed opgewarmd zijn voor hij aan deze snelle rit begint, zodat hij meteen de vaart erin kan zetten. Na de rit neemt hij opnieuw plaats op een fiets om de verzuring uit zijn benen te fietsen en om blessures te voorkomen.
Je kan ook niet bang aangelegd zijn. Ik heb afdalingen in bergetappes gezien, waar ik op de snelheidsmeter van de motor die achter de renner reed, snelheden zag die wij met de auto op de snelweg halen. Bijna 100 km, doodeng. Een verkeerde manoeuvre en je kan zo in het ziekenhuis belanden. Uiteraard zijn wij maar amateurs en bovendien te oud hiervoor, maar ook wij kunnen onze grenzen verleggen. Een goede conditie valt op te bouwen. Maar hoe zit het met de durf? Ik heb al decennia lang last van hoogtevrees en daar komt maar weinig verandering in. Ik weet dat dit in mijn hoofd zit. Als ik een borstwering of hoge rand voor me heb in een toren, durf ik wel over de rand te kijken en kan ik ook van het uitzicht genieten. Achter glas, zonder rand voel ik me niet veilig en blijf ik op gepaste afstand staan.
Ook maakt het uit of ik nog terug kan. Dat was bij het fietsen over de drukke en hoge Brienenoordbrug niet het geval. Ik kon dus niet meer terug. De zon scheen op het water van de Nieuwe Maas aan de linkerkant en rechts zag ik in de diepte het Feyenoordstadion liggen, dat ging nog wel goed. Toen ik de brug ging afdalen en het fietstempo ook nog eens hoger was, begon ik bijna om mijn moeder te roepen, zo bang was ik. Voor geen goud wilde ik aan het eind van die dag weer terug over die brug terugfietsen naar Rotterdam. Mijn maatje moest door mij dan ook vele kilometers omfietsen, zodat we bij Ridderkerk met de pont het water konden oversteken en zo terug naar het hotel.
Bij het daten heb ik pas geleden ook een keer geprobeerd mijn grenzen te verleggen. Eigenlijk heb ik niks met vissen, maar ik had een interesse-bericht gekregen van een leuke man die als hobby vissen heeft. Ik heb hem uitgenodigd om dicht bij mijn huis een keer een paar uurtjes te komen vissen bij onze mooie, grote visvijver. Helaas is dat niet doorgegaan, hij viste liever alleen, in alle rust, bij zijn eigen mooie visstek. Ook had hij bij nader inzien niet veel op met mijn hobby's. Een afspraak is er dus niet van gekomen. Maar ik geef de moed niet op, ik sta open om ook andere hobby's uit te proberen, mits ik het durf natuurlijk...