Woorden genoeg, en toch...
zondag 7 april 2019
Er is een lied uit de zestiger jaren, wat mij als ik het hoor lichtelijk in vervoering brengt. De groep The Bee Gees heeft meer mooie nummers uitgebracht, maar Words was een topper.
Zij zingen over, hoe kan het anders, de liefde en ook welke rol de eerste keer dat je elkaar ziet, de aanblik én woorden hebben. The Bee Gees roepen ons op om met eeuwig durende woorden te spreken en die woorden aan je geliefde op te dragen. In het lied klaagt de geliefde dat de spreker zelfs het enkele woord dat hij spreekt niet echt meent. Maar woorden zijn het enige middel dat hij heeft om te proberen haar hart te veroveren..
Woorden zijn voor onze communicatie van essentieel belang, naast de non verbale communicatie. Door onze gelaatsuitdrukking, een knipoogje, een arm om je schouder maak je ook veel duidelijk. Toch kun je pas door een goed gebruik van woorden elkaar vertellen, hoe je ergens over denkt. Er wordt vaak beweerd dat één blik van verstandhouding meer zegt dan duizend woorden. In een relatie lijkt dat soms zo te zijn. Je kijkt elkaar aan, en instinctief weet je of het goed zit tussen jou en je partner.
In het zakelijke verkeer, in de politiek, de wetenschap en de zorg hangt alles van de juiste woordkeuze af. Wanneer een politicus zich vergaloppeert door verkeerde woorden te gebruiken wordt hij of zij daarop genadeloos afgerekend door de media. Omdat zij doorgaans goed van de tongriem gesneden zijn lukt het ze wel om zich uit zo’n netelige situatie uit te kletsen. Ook wanneer je iemand (nog) niet kent of iemand voor de eerste keer ontmoet zijn woorden, aaneengeregen tot zinnen onmisbaar. Iemand krijgt een beeld van je door jouw woordenschat.
Een date is in de praktijk een mix van woorden, lichaamshouding en gelaatsuitdrukking. Wat is het belangrijkste? Ooit had ik een afspraak bij een station. De dame kwam op mij aflopen en sprak: “Ik zal het je meteen maar zeggen. Ik heb helemaal geen klik met je, we kunnen als je dat wil nog wel koffie drinken”. In twee zinnen was de date bekeken.. Had ze op die zin geoefend? Woorden kunnen dus pijn doen, afhankelijk van de manier, waarop ze gesproken worden. De toon zegt veel, de bijbehorende lichaamshouding en gelaatsuitdrukking misschien nog meer.. De toon in een berichtje is veelzeggend over de persoon…
Voor sommigen hebben woorden een betekenis. Een man een man, een woord een woord. En hier kun je natuurlijk ook vrouw invullen. Helaas zijn er ook mensen, die het niet zo nauw namen met een eenmaal gemaakte afspraak. Als een date kort voordat je elkaar ontmoet door de ander wordt afgezegd is het voor jou gissen, of de reden die genoemd wordt oprecht is. Wanneer je direct een afbericht krijgt nadat je iemand hebt benaderd verkeer je ook in onzekerheid, hoewel je weet dat je diegene niet gaat ontmoeten. Want, kloppen de argumenten die genoemd worden?
Je kunt door de woorden, die iemand gebruikt in een profiel vaak al een beeld krijgen van de algemene ontwikkeling van betrokkene. Tenzij het profiel aangemaakt is door een derde, vaak een zoon of dochter of vriend(in). Uiteindelijk gaat het er natuurlijk om wat er gezegd wordt bij de ontmoeting zelve. Komt dan het gesprek goed los? Durf je jezelf dan figuurlijk bloot te geven? En krijgt het een vervolg? Zo gemakkelijk als het lied van Feyenoord gaat het niet: In een persiflage: Geen woorden maar daden, leve de relatie met z’n tweetjes…
Er vallen in een relatie vaak woorden, en dat zijn niet altijd prettige woorden. Respect betonen in een gesprek valt niet mee. Al helemaal niet, als je een slecht nieuws gesprek moet voeren. We zijn niet allemaal getraind in zo’n stukje conversatie. Managers en personeelsfunctionarissen zouden dat wel moeten zijn, ook zij maken hier soms een potje van.
Ook ik pas niet altijd op mijn woorden. Wat heb ik achteraf spijt van wat ik gezegd heb of juist van wat ik niet gezegd heb! Na een dag of korter soms denk je: Stom, dat had ik moeten zeggen of weg laten. Ik denk dat dit een gewone menselijke eigenschap is. En je kunt niet iedereen maar alles zeggen. Sommige woorden, gedachten, gebeurtenissen, ervaringen kun je beter voor je houden. Maar nu wringt ‘m de schoen: je wilt zo graag je ei kwijt, woorden delen met anderen. Wie van ons kan zonder zo’n vriend, kennis, relatie waarbij je jouw hart kunt uitstorten??
geplaatst door Aktivo1 - 4554 keer gelezen
Vorige berichten
Voorland
Ik lig op mijn rug. Wakker. Het plafond staart me aan. Ik kan de aanblik niet verdragen. Staar naar rechts. Een nachtkastje. Naast de wekker die half drie aanwijst, mijn favoriete tijdstip om wakker te worden, een glas met een kunstgebit op een laagje water. Aftakeling on the rocks. Het is niet mijn gebit. Niet mijn wekker, niet mijn nachtkastje. Wanneer heeft ze dat uitgedaan? Lig ik aan haar kant? Jeuk in mijn kruis. Nu ik toch wakker ben, kan ik maar het best even krabbelen, denk ik. Waar is mijn inlegkruisje XXX? Ik heb het vast uitgedaan, voordat we ons schuchter, maar ook gulzig overgaven aan het liefdesspel. Als het maar niet ergens rondslingert. We hadden best wat wijn op. Ik staar naar links. Ze is mooi. En snurkt. Ik prik mijn wijsvinger in haar zij, zacht maar beslist. Het snurken stopt. Ik draai me om op die van mij en laat onbedoeld een keiharde wind. Die was hard, zegt ze. Sorry, zeg ik. Ik dacht dat je sliep, zeg ik. Was ook zo, zegt ze, maar ik werd wakker van je gedraai. Voortaan eerst draaien en dan een scheet laten, denk ik, én morgen op zoek naar oefeningen om de bejaarde sluitspier te versterken. Het is drie uur. Ik draai me om. Zij ook. Ze kijkt me aan. Ik haar. En we vrijen onbevreesd ons voorland tegemoet.
Kibbelen, sparren, brainstormen
Af en toe kibbelen houdt je relatie gezond, zegt men wel. Vervolgens las ik op internet dat kibbelen ook vaak komt door een wederzijds gebrek aan inschikkelijkheid. Hoezo is kibbelen dan gezond? Een beetje onenigheid over iets onbenulligs toont aan dat je niet zomaar de ander in alles volgt, dat je een eigen mening hebt. Het is meestal een woordenstrijd over kleinigheden.
Mijn ouders hielden ontzettend veel van elkaar. Ze bleven elkaar dan ook trouw tot de dood hen scheidde, maar ze kibbelden ook regelmatig met elkaar. Mijn vader was een dominante man. Hij dacht dat zijn wil wet was, daarom gaf mijn moeder duidelijk haar grenzen aan. Het gaf hun relatie evenwicht. Hij leerde tot hoever hij kon gaan, zij zag veel door de vingers, maar liet zich ook niet ondersneeuwen door hem. Dat is 60 jaar lang prima gegaan. Broers en zussen kibbelen ook wel met elkaar, dat hoort bij het volwassen worden en ook met een eigen identiteit ontwikkelen. Dat kibbelen is vaak maar van korte duur en wordt in de meeste gevallen weer snel bijgelegd.
Iets heel anders is sparren, dat is toch meer informeel. De opzet daarvan is om over een specifiek onderwerp snel van gedachten te wisselen met elkaar. Het doel van brainstormen is een vraagstuk oplossen of om ideeën uit te werken. In de zakelijke wereld wordt brainstormen meestal gebruikt om nieuwe kansen te verkennen. De collega's mogen elkaar kritische vragen stellen om een idee verder uit te werken. In een gespreksgroep is het toch meer een communicatiemiddel om verschillende gedachten van en bij elkaar te toetsen. Het horen van een ander standspunt en daar iets van opsteken, is meestal de bedoeling. Daar hoeft niet per se een oplossing uit te komen.
Maar hoe gaat het dan bij het daten? Daar komt vaak meer onzekerheid om de hoek kijken. Je wilt niet de indruk wekken dat je de ander aan het uithoren bent. Tegelijkertijd wil je er toch wel graag achter komen hoe hij of zij denkt over dingen die je zelf belangrijk vindt, hoe de normen en waarden zijn. Dat kan mogelijk ook een valkuil zijn. Ervaringen uit het verleden kunnen een rol spelen en dat is niet altijd eerlijk. Je hebt namelijk een nieuw onbekend persoon tegenover je. Geduld hebben wat er uit het gesprek komt, is dan niet verkeerd. Het zou je best weleens kunnen verrassen. Door goed te luisteren, eventueel wat aanvullende vragen te stellen, kom je erachter of je (voor)gevoel klopt. Ik geef iemand vervolgens graag het voordeel van de twijfel, daar is niks mis mee...
Donald komt op bezoek
Toen mijn zoon leerde lezen heb ik een abonnement op de Donald Duck genomen. Vele jaren eerder hebben mijn ouders mij met de Pep bedacht. De Pep was een Nederlands stripweekblad dat van 1962 tot 1975 verscheen, speciaal voor hen, die de Donald Duck ontgroeid waren. Ik was stiekem jaloers op mijn vriendje wiens ouders wel op de DD geabonneerd waren. Daarom las ik dat blad altijd bij hem thuis. De verhalen in de Pep vond ik wat belerend. Leren deed ik wel op school.
Gek genoeg heb ik mijn abonnement op DD niet stopgezet toen mijn zoon op eigen benen ging staan en verhuisde naar een appartement niet zo ver van mij vandaan, maar ik heb het blad wekelijks bij hem gebracht. Nu hij zelf kinderen heeft breng ik het weer naar zijn huis, maar dan als leesvoer voor mijn kleinkinderen. Donald en ik komen eens per week, soms na wat langere tijd op visite, en dat bezoek wordt gewaardeerd. Alleen moet de hond, die zij nog niet zo lang hebben, eerst een kwartiertje wennen aan mijn bezoek voordat er ook maar enige vorm van communicatie mogelijk is.
Dit is een onschuldige Donald die met mij op visite gaat. Ik moet er niet aan denken dat ik voor hun deur sta met de Donald, waar de kranten steeds vol van staan. Misschien heeft het geblaf van de hond dan een positief effect. Laat DT maar blijven waar hij is.
Soms moet er een aanleiding zijn om bij iemand in levende lijve aan te wippen. De huidige media als telefoon, beeldbellen vooral, maken het naar mijn mening te gemakkelijk om iemand even “te woord” te staan zonder echt contact, waarbij je elkaar de hand kunt schudden. Uiteraard is digitaal / telefonisch contact een uitkomst bij een grote fysieke afstand of als er omstandigheden zijn, waardoor een van beiden de afstand niet echt kan overbruggen. Denk daarbij aan ziekte, een volgepropte agenda, slechte weersomstandigheden.
Een klassieke aanleiding is de verjaardag. Mijn ouders waren altijd heel blij als ik destijds met mijn partner op visite kwam; nu kwamen wij wel vaker buiten de verjaardagen om. Na hun overlijden en na mijn scheiding was de familie wat uitgedund. Bezoekjes vonden meer en meer plaats bij goede vrienden en bij groepen mensen, dei ik goed ken. Toch is dat anders. Dan nam ik geen DD maar wel een bloemetje of een flesje wijn mee.
Maar ook dan moest er een aanleiding voor zijn. Minder plezierig is een visite als ik op ziekenbezoek ging. Ik heb een tijdje iemand bezocht die ALS had. Raar genoeg ging ik daar altijd weer blij vandaan; een paar maanden geleden is hij overleden. Zijn lichaam kon de strijd tegen die gevreesde ziekte niet meer aan. Maar hij bleef tot het laatste moment blijheid uitstralen.
Het grote geheim van visite is naar mijn stellige overtuiging tweerichtingsverkeer. Er zijn allerlei cartoons over ongewenst bezoek, stereotiep is dan de schoonmoeder met partner, die voor de deur staat terwijl haar schoonzoon zijn handen uit wanhoop omhoog heft.
Dat zo’n visite altijd ongewenst zou zijn is door de cartoonisten en haters van schoonmoeders geopperd. Een Duits liedje verwoordt de andere kant van de medaille: “Wenn du eine schwiegermutter hast”… Dat lied geeft aan, dat we zonder schoonmoeders ook geen dochters zouden zijn, en dus geen partners om een relatie mee aan te gaan.
Er zijn wel visites die spontaan plaatsvinden, visites die een verplicht nummertje zijn, en visites die je uit mededogen doet of om iets te vieren. Een bezoekje heeft in elk geval meer impact dan een contact via de telefoon of de mail. Of zijn er mensen, die daar anders over denken?