Een blauwe jas
zondag 9 februari 2020
Een klein twistgesprek met mezelf: ¨Klap dicht die laptop. Je hebt al een jas.¨ ¨Er zitten gaatjes in die jas. De zakkleppen en manchetten zien eruit als de nooit gewassen pet van een oude man. Hij is maar één regenbui waterdicht na een wasbeurt.¨ ¨Het is je nieuwe rode jas.¨ ¨Klopt. Ik heb ook een oude rode jas. Mijn rode jas van toen ik een nieuwe nickname zocht.¨ ¨Deze jas is blauw.¨ ¨Goed gezien. Ik ben het trouwens zat om een nickname te hebben.¨ ¨Zullen we tegen de zee gaan schreeuwen?¨
Afgezien van het verschil tussen een rode jas hebben en RodeJas zijn, is er iets raars met dat woordje 'oud.' 'Oud' kan zowel een aanbeveling als een dolksteek zijn; het is maar net wie of wat er oud is. Wat mensen betreft, pleit ik voor een onvoorwaardelijke herwaardering van het begrip 'oud.' Dat voorkomt misselijkmakende verzinsels als de YEP (Young Elderly Person) en uitvluchten als 'ik voel mij veel jonger dan mijn leeftijd,’ en 'ik word altijd jonger geschat.'
Wat kleding betreft, is het ingewikkelder; vooral jassen en schoenen kunnen een loopje nemen met de tijd. Neem nou die nieuwe rode jas. Ik heb de bon opgezocht: hij is van juli 2017. Niet echt oud voor een goede jas. Wel oud als ik meeneem dat ik hem het hele jaar door kon dragen en er altijd volop argumenten waren om juist die jas aan te trekken. Maar laatst heb ik hem verdedigd tegen de tersluikse blikken van een mede-wandelaar: "Hij is eergisteren nog gewassen!" Is dat genoeg voor een nieuwe jas? Mijn moeder zei in zo'n geval: "Oud? De duivel is oud." Waarmee zij bedoelde dat ik absoluut niets nieuws nodig had. En waarmee bij nader inzien iedere oudere heer zijn jeugdigheid mag aanbevelen...
Welaan, laat die jas zo nieuw en zo oud zijn als hij is; hij is aan vervanging toe. Ik heb op 'order' geklikt. Die ene lange, soepele, licht glanzende, donkerblauwe jas op die ene website - na alle zwarte, bordeaux-rode, blauwe en mosgroene jassen in de winkels te hebben afgekeurd - zal de mijne zijn.
Heb je nog even? Strijken, dat is wat ik ga doen terwijl mijn blauwe jas onderweg is. 'Aflevering rond het einde van de dag,' zegt de site van de vervoerder onverbiddelijk - en omdat ik die mededeling wantrouw, besluit ik de hele dag thuis te blijven en stille klusjes te doen zodat ik de bel kan horen. Jakkie, welk beest heeft zich daar genesteld terwijl ik eventjes niet streek? De strijkplank laat een wolk van oranje kruimeltjes los bij het opzetten. Ik voel, kijk, trek de overtrek eraf. De onderlaag blijft plakken. Oud schuimplastic. Opzuigen, nu! Gaat niet, de stofzak is te vol, nieuwe zak, hoe moet dat ook alweer. Ik moet de stad in, een nieuw overtrek kopen. Mijn jas, hoe is het met mijn nieuwe jas? Status: afgeleverd! Mijn blauwe jas is in vreemde handen, nee, door de brievenbus gefrommeld. Ah, wat is hij mooi. Wat past hij goed, wat zit hij comfortabel. Ik hou hem aan. Loop de stad in om een nieuw strijkplankovertrek te gaan kopen. Die met die kleurige wilde bloemen uit de bak vol aanbiedingen. Ik heb de verpakking niet goed bestudeerd, het ding blijkt te klein. Terug. Dan maar een duurdere, eentje met een stijlvolle bloemenprint in aquablauw. Er zit een gat in de verpakking. Wil de winkelmevrouw even checken of alles erin zit? Het jarretelletje ontbreekt. Dat overtrek met die zwarte stippen dan maar. Waar thuis in een cirkel van zuurstokroze 'spot happiness around you' op blijkt te staan. Ik geef het op. Als zelfs overhemd-blouses, theedoeken en jurken strijken met geluk te maken moet hebben, geef ik het op.
geplaatst door RodeJas - 4169 keer gelezen
Vorige berichten
De ballen
Ik heb mijn kerstmuts maar weer opgezet. De foto is van vorig jaar - wat niks uitmaakt. Wat is een jaar in een mensenleven? Een dag is elke dag weer nieuw: goedemorgen allemaal! En de middag is ook nieuw: goedemiddag alle aanwezigen! Maar de avond dan? Het wordt de hoogste tijd om elkaar hier goedenavond te wensen, elke dag weer. Vóór het welterusten wensen begint natuurlijk. Het jaar daarentegen is maar één keer per jaar nieuw. Dat nieuw worden voltrekt zich in de nacht na Oudejaarsavond, de enige avond van het jaar waarop ik mijn status ‘alleenstaand’ verfoei, ondanks de zes versgebakken glutenvrije oliebollen waarop ik mezelf trakteer. Ik moet trouwens nog twee sinterklaasgedichten schrijven. Heb ik niet al eens gepleit voor één groot Eindejaarsfeest, een feest om de zonnewende te vieren, een feest voor en door ons allemaal?
Laatst ging ik even een pakketje ophalen in een buurtsupermarkt aan de overkant van het kanaal - wat weer eens een ander loopje geeft. Op de stoep, naast een bankje, zat een man op zijn motor. Helm, motorjack, spijkerbroek, hoge leren laarzen. Hij maakte aanstalten om te vertrekken. Ik liep rustig door, hij zou toch wel met wegrijden wachten totdat ik hem voorbij was? Motorrijders beschouwen zichzelf immers als kundige, weldenkende verkeersdeelnemers? Maar nee. Hij gaf gas, een knal, en daar lag de motor op de stoep, met hem eronder. Hij kwam razendsnel overeind - en ik heb maar even gewacht totdat hij klaar was met schelden en stampvoeten voordat ik hem aansprak. Zijn zijspiegels lagen aan scherven op de stoeptegels, en zijn achterkoffer lag een paar meter verderop. Hij was met die koffer aan het bankje blijven haken. Een goede motorrijder was hij dus niet, maar een vriendelijke man was hij wel: ‘Mevrouw, ik lette op u toen ik wegreed,’ zei hij, ‘en daardoor vergat ik hoe breed die koffer is.’ Wat mij toch niet heel logisch leek. Zelfs met mijn sterk ontwikkelde, dus makkelijk aan te spreken schuldgevoel, leek mij dit niet logisch, hoe vriendelijk hij het ook zei. Maar ja, ík kon gewoon doorlopen naar de buurtsuper en met mijn pakketje naar huis gaan, en hij stond met een kapotte motor en een zeer been op die stoep. Ik heb dus gevraagd of hij hulp nodig had (dat had hij niet), en ben toen mijn pakketje maar gaan halen.
Thuis glimlacht de kerstboom naar me. Hij is gemaakt van donkergroen draadstaal, en hij heeft weelderige krullen. Er hangen gouden slierten in die krullen, een zilveren parelsnoer, stervormige lichtjes, engeltjes - en ballen. Blauwe, koperen, rode, zilveren en doorzichtige ballen. En groene, vooral groene ballen. Die hingen er aanvankelijk niet, maar ze ontbraken. Soms weet je zeker dat iets ontbreekt, nietwaar? Vorig jaar nog, heb ik de leemte opgevuld met kleine balletjes. Maar een mens heeft niks aan kleine balletjes als de ballen groot moeten zijn. In een bomvol Brabants tuincentrum vond ik de goede ballen - én een mondgeblazen, met de hand beschilderde zeemeerman. De zeemeerman heb ik voorzichtig teruggehangen aan zijn haakje.
Is december een feestmaand voor iedereen?
December heeft de naam dé feestmaand bij uitstek te zijn. Sint Nicolaas, de kerstdagen en oud – en nieuwjaar. Allemaal dagen die uitnodigen om eens goed uit te pakken. Traditioneel werden die feestdagen zeker buiten de grote steden vaak in familie / gezinsverband doorgebracht. Het was dan ook gebruikelijk dat ouderen die door overlijden van hun partner of door andere oorzaken alleen kwamen te staan bij familie mochten aanschuiven.
Na Sinterklaas komen de kerstfilms op de t.v. en reclames voor kerstartikelen; vervolgens lees ik over de wedstrijden die (vroeger door het Algemeen Dagblad) georganiseerd werden over de lekkerste oliebollen. Is het weer dezelfde kraam, die gaat strijken met de hoogste eer ?
De ontwikkeling van de individualisering, nieuwe interesses en drukke agenda’s van jongvolwassenen hebben namelijk een kentering veroorzaakt in de gewoonte, dat grootouders, kinderen en kleinkinderen deze feestdagen en vooral de kerstdagen samen doorbrengen. Veel twintigers of dertigers gaan in de kersttijd met hun veelal kleine gezin elders vertoeven. Het is veel minder dan vroeger gebruikelijk dat zij thuis met hun mam of paps de feestdagen doorbrengen. En vaak willen de ouders zich niet meer op sleeptouw laten nemen door hun kroost, omdat ze de jongelui niet door hun meedoen met de korte vakantie willen belasten.
Daar zijn verschillende goede redenen voor. Grootouders willen zich wel eens bemoeien met de opvoeding van hun kleinkinderen. En dat gaat schuren. Verder is er het financiële aspect. Soms zitten de grootouders ruimer in hun slappe was, maar tegenwoordig hoeven ook omgekeerd hun kinderen vaak minder op elk dubbeltje te letten. Dan komt schaamtegevoel om de hoek kijken. Natuurlijk kun je daar afspraken over maken, maar toch.
In de wintertijd zijn er in mijn familie en vriendenkring naast de eerder genoemde feesten nog enkele verjaardagen. Het kan niet op! Op verjaarsvisite gaan kan ontaarden in opzitten en pootjes geven. Natuurlijk zijn er nog steeds familieverbanden waarin zowel Sinterklaas, Kerst en Oud en Nieuwjaar heel gezellig gevierd worden.
Ik vind het zelf prettig om in elk geval op Nieuwjaarsdag even bij mijn zoon en zijn gezin aan te wippen. Dat is dan een life onderstreping van de al eerder telefonisch, met kaarten of via mail uitgewisselde goede wensen. Een traditie die ik graag in ere houd. Wel moet ik dan het zo inkleden dat mijn bezoek niet stoort in het kijken naar de bekende Nieuwjaars programma’s zoals het concert uit Wenen en het schansspringen.
Tegenwoordig boek ik geruime tijd voor de kerstweek al een paar jaar een kerstreisje naar het buitenland, meestal met wat culturele inhoud. Er zijn nog steeds single-reizen, hoewel die formule minder populair is dan pakweg tien jaar geleden, Ik beschouw deze opzet dan niet als een vlucht maar als een kans andere mogelijkheden die de kerstweek biedt mee te maken. Plusje: Ik kan ook weer onbekende mensen ontmoeten. Het zoeken naar een leuke reis is voor mij eigenlijk al een soort feestje, een feestelijke zoektocht.
Het zou voor een onderzoeker (socioloog) wellicht interessant zijn na te gaan, hoeveel mensen de feestdagen bij familie of bekenden vieren en hoeveel er net als ik voor kiezen buiten de vertrouwde kring kerst en misschien ook de andere feestdagen te vieren.
Een dag ben ik altijd in mijn uppie thuis. Oudejaarsdag vier ik met oliebollen en appelflappen, bij de t.v. in afwachting van het aftelmoment om twaalf uur ’s nachts.
Hoe vieren lezers van deze ontboezeming zelf de feestdagen? Is er in de loop der jaren iets veranderd in de invulling van de decembermaand? Is er een bepaalde trend te bespeuren, zoals ik dat suggereerde? Ik weet vrij zeker, dat het veel uitmaakt of je wel of niet in een relatie zit.
Stil en vredig
Stil en vredig
Zondagmorgen. Ik ben al vroeg op pad en onderweg naar het station om een vriendin op te halen. Ik rijd door het dorp. Een wandelaar met een hond, maar voor de rest zijn de straten verlaten en is alles stil. Bijna geen verkeer. Stil en vredig voelt het haast. Alle gordijnen en rolluiken zijn nog bij vele huizen gesloten. Bij enkele huizen is alles open en branden binnen de lichten. Ik zie een moeder zitten met een baby op schoot. Waarschijnlijk de baby aan het voeden, denk ik. Een Kerstboom in de hoek van de kamer. Sommige huizen en tuinen zijn versierd met lichtjes. De donkere dagen voor de kerst.
Ik ben ruim op tijd en besluit op het perron te gaan wachten. Geen haastende reizigers, ook hier is het rustig. Ik heb koffie en bekertjes meegenomen voor ons straks onderweg. Naast mij op de bank komt een jonge man zitten. Hij pakt zijn telefoon en belt. “Over drie kwartier ben ik thuis.” “Alles goed?” En even later sluit hij af. Hij gaapt. Een lange nacht? Hij vertelt over zijn nachtdienst als verpleger. Koffie? Oooh? Ja graag. Dan arriveert zijn trein. Ons gesprek onderbroken. Ik wens hem wel thuis.
Zo anders is het doordeweeks op de busstations en perrons van de treinen. Meestal wanneer ik op reis ga, neem ik genoeg de tijd. Reizen kost toch veel wachttijden. Overstaptijden. Ik vind het altijd wel makkelijk om voldoende tijd te hebben om een andere trein, of vervoermiddel te kunnen nemen. En… ik vind wachten niet erg. Zoveel verschillende mensen kunnen observeren. Mensen die haast hebben. Nog snel een trein instappen net voor de deuren sluiten. Mensen met grote koffers, die waarschijnlijk een grote reis gaan maken. Misschien wel naar een cruise op weg zijn, of misschien wel gaan vliegen naar een voor hen fijne bestemming. Of op familiebezoek gaan, naar kinderen die ver weg wonen. Genoeg om over te fantaseren. Bovendien ontmoet ik onverwachts dikwijls iemand waar ik een leuk gesprek mee heb. Soms zou ik willen, dat dit kortstondige contact wat langer had kunnen duren.
Dat laatste doet mij herinneren aan een reis naar Frankrijk toen ik met meerdere reizigers op een vol perron in Breda stond te wachten op de internationale trein naar Brussel. De vertrektijd was aanstonds, maar opeens werd het informatiebord zwart. Daarna werd er omgeroepen op welk perron de trein zou vertrekken. Ik moest deze trein halen om op tijd te zijn voor de TGV die zou vertrekken in Brussel Midi naar Avignon in Frankrijk. Het perron stroomde leeg en ik en allen haastten zich naar het andere perron. Terwijl ik rende nam Iemand naast mij de rugzak van mij over en we gingen de trein in bij de eerste de beste nog geopende deur. Hijgend ploften we neer op zitplaatsen in de 1e klasse. Een Belgische conducteur kwam al snel de kaartjes controleren. Hij deelde mij mede, dat ik moest verhuizen naar de 2e klasse waarop ik hem vriendelijk heb gevraagd om nog even te mogen blijven zitten om even bij te komen. We begonnen samen te lachen en de behulpzame man bleek een Belg te zijn. Hij vertelde, dat hij onderweg was naar zijn vriendin in Parijs die daar voor haar bedrijf een beurs organiseerde. Ik ben blijven zitten tot in Antwerpen.
Het zijn maar momentopnamen van korte ontmoetingen, met vaak wel bijzondere herinneringen. Of de man waarmee ik samen door een tolpoortje liep toen bleek dat ik een verkeerd kaartje had mij nog kan herinneren, dat vraag ik mijn nog dikwijls af. We hadden samen een uur tegenover elkaar gezeten in de trein naar Nijmegen. We kwamen in gesprek nadat de conducteur mijn kaartje had gecontroleerd en waaruit bleek, dat ik had ingecheckt bij het verkeerde tolpoortje. Spontaan bood hij aan om mij te helpen. En ja, dat gebeurt ook, soms zijn er ontmoetingen waarbij ik denk had ik maar meer mogelijkheden om elkaar te ontmoeten om elkaar beter te leren kennen. Dat had ik ook bij deze ontmoeting in de trein naar Nijmegen. We gingen uit elkaar met elkaar nog een prettige reis en verblijf te wensen en dat was het dan. Toch blijven dit mooie herinneringen, waarbij het in gesprekken klikt en er in korte tijd een gevoel van verbondenheid ontstaat.
Reizen blijft avontuurlijk en er kunnende altijd verrassende ontmoetingen en gebeurtenissen plaatsvinden.
Liefs,
Monique