Fantasie
woensdag 17 maart 2021
Het zoeken én vinden van een nieuwe levensgezel is een energie vragende ervaring. Niet in de laatste plaats om al die nieuwe gezichten bij 50+ te bekijken en een mening erover vormen.
Het blijft een vreemd fenomeen om iemand te kiezen afgaand op alleen een foto. Natuurlijk, de bijbehorende teksten zijn ook belangrijk, in mijn ogen nog belangrijker dan de foto, maar de eerste blik gaat uit naar de profielfoto(‘s). En op basis van dat plaatje gaat bij mij de fantasie werken. Elke foto geeft aanleiding tot een eigen verhaaltje.
Staat de persoon in kwestie in de keuken? Dan zal hij wel kunnen koken. Waar houdt hij van, wat is zijn lievelingsgerecht om te eten en te maken? Een borrel in de hand. Dat zal wel gezellig zijn, maar…. als dochter van een alcoholiste gaan bij mij ook meteen alarmklokjes tingelen. Niet te veel drank hoop ik? Want dat betekent dronkenschap en ongewis gedrag. Even goed kijken naar de foto. Verraadt de huid veelvuldig alcoholgebruik? Staan de ogen helder? Iemand met een sigaret in de hand valt eigenlijk al meteen af. Vanwege mijn astma en een slechte long is dat geen goede combinatie.
Mijn fantasie gaat nog verder dan alleen die foto’s. Want als ik dan de teksten lees zie ik mezelf soms al helemaal met de man liggend op een strand, wandelen in de bossen of gezellig samen lezend op de bank. We kokkerellen dat de pannen door de keuken vliegen, laten honden uit (hoe vaak? Geen idee, ik heb geen hond), kletsen diepgaand over de toestand in de wereld of hebben de grootste lol om niks.
En ik durf zelfs nog wat verder te fantaseren. Soms is een foto met tekst voldoende om te dagdromen over een eventuele toekomst. Want de foto zorgt voor een gevoel van hé, de tekst spreekt en sluit aan. Dan trek ik mijn stoute schoenen aan en geef bij de man in kwestie aan dat ik hem leuk vind. Zou hij mij ook leuk vinden? Als er dan geen reactie komt is mijn fantasie niet meer te stoppen. Want oh, wat zou ik hem graag op zijn nummer zetten, vertellen wat ik écht van hem vind om mij zo te behandelen. Eerlijkheid voor alles. Beval ik niet, zeg het dan maar laat me niet in onwetendheid. Voor iemand met veel fantasie is dat het ergste.
Inmiddels heb ik enkele mannen digitaal aangesproken. Tot mijn grote verbazing zijn sommigen van deze mannen ook ineens weg. Ligt dat aan mij? Was ik te bijdehand in mijn openingszin? Legde ik de klemtoon op de verkeerde eigenschap? Ook ik word slimmer, begrijp de site beter en noteer alvast de bijnamen. Dan kan ik ze (later) nog eens zoeken. Als ze dan wegblijven draait mijn fantasie weer overuren. Is hij geschrokken van de aandacht? Ik vermoed dat nieuwe aanmeldingen snel en veel reacties van vrouwen krijgen. Is het hem te veel geworden? Kreeg hij spijt omdat hij ‘goed in de markt’ ligt? Koude voeten van zoveel aandacht?
Vanuit de redactie ontvang ik af en toe een bericht dat iemand me heeft gemaild, maar dat ik daar niet op moet reageren; degene is inmiddels als lid verwijderd. Eerlijk is eerlijk, de mailtjes heb ik nooit ontvangen. Maar wat zou er ingestaan hebben? Oneerbare voorstellen? Grof taalgebruik? Nare foto? Oh, mijn fantasie schiet alle kanten op. Ook hierop krijg ik natuurlijk nooit een antwoord, wat ik dan weer jammer vind, want tja, toch nieuwsgierig waarom iemand op staande voet wordt verwijderd. Hoe bont moet je het dan maken?
En zo draait mijn fantasie overuren. Een heerlijk tijdverdrijf, ik geef het onmiddellijk toe. Wat is er mooier dan dagdromen, fantaseren over wat er misschien zou zijn.
Fantasie; ik ben blij met deze eigenschap. Juist door die grote hoeveelheid fantasie zie ik vaak humor in de meest gewone dingen. Ik loop altijd een stapje voor op de werkelijkheid, want mijn fantasie neemt sprongen. Dat betekent ook dat ik het plaatje in mijn hoofd moet bijstellen naar de werkelijkheid. Want fantasie en werkelijkheid kunnen mijlenver uit elkaar liggen. Het biedt mij een geheel eigen kijk op de wereld, zalig en meestal fantastisch.
geplaatst door RosaReis - 2078 keer gelezen
Vorige berichten
Aanhankelijk
Op een uitnodiging is wel eens te lezen, genodigden zijn van harte welkom ‘met aanhang’. Goed bedoeld natuurlijk maar het klinkt eigenlijk niet zo positief, als iets waar ik mee behept ben. Zoals een klit aan mijn kleren hangt, of een rugzakje aan mijn schouders, of het kind aan moeders rokken, zo hangt de aanhang aan mij. Maar er zit zeker ook een positieve kant aan. Een aspect dat verloren is gegaan in het neutrale woord ‘partner’, dat tegenwoordig gangbaar is. Dat is de kant die je nog terugvindt in het woord ‘aanhankelijk’. Het is niet alleen dat je een relatie met een partner hebt, maar aanhankelijk betekent ook “trouw, toegewijd, innig gehecht” (Ensie).
Het tegendeel van aanhankelijk is áfhankelijk. Dat is taalkundig zo klaar als een klontje ;-), maar de twee worden toch nogal eens met elkaar verward. Dan wordt de liefde een soort van ‘wederzijdse afhankelijkheid’ en dat is een misvatting. Natuurlijk is er niets mis mee wanneer je op elkaar bouwt, op elkaar rekent, elkaar steunt. Maar de liefdesrelatie is op waarden gebaseerd, niet op profijt. Wij laten elkaar in onze waarde(n) zeggen we dan. In de praktijk betekent het, dat ik geef zonder iets terug te verlangen. Want wat ik terug krijg, dat is aan de ander, de aanhang zogezegd. Zelfs als mijn aanhang afhankelijk is van (mijn) zorg, dan kan dat niet de basis van een liefdesrelatie zijn, maar alleen een uiting ervan. En wanneer we op die manier een waarde(n)volle verbinding aangaan zal moeten blijken, of wij met elkaar, met die ‘wederzijdse aanhankelijkheid’ gelukkig zijn.
Gaat dat over vertrouwen? - het lijkt er wel op. Daar zit het woord ‘trouw’ in, zoals ook in ‘trouwen’ en ‘huwelijkstrouw’. Dat ‘trouw’ wordt menigmaal platgeslagen tot ‘niet vreemd gaan’, maar trouw betekent veeleer dat ik te vertrouwen ben, dat ik oprecht ben, dat iemand op mij kan bouwen. En dat is weliswaar allemaal niet onbelangrijk maar er is meer aan de hand, iets dat dieper gaat dan vertrouwen. Daar kom ik bij de positieve invulling van aanhankelijkheid, dus als tegenhanger van afhankelijkheid. Het is een wonderlijke verbinding tussen autonomie en overgave, die we herkennen als liefde. Er is geen vinger op te leggen maar als het raak is, dan voel je het wel!
Aanhankelijkheid als tegengestelde van afhankelijkheid, het is even wennen maar ik denk voor een aantal hier wel invoelbaar. Dat we toegewijd en gehecht zouden willen zijn, maar tegelijkertijd ook autonomie willen behouden. Sterker nog, dat we onze en elkaars autonomie beschouwen als een gezonde basis voor liefdevolle verbinding.:-P
Aanpassen aan wenselijk gedrag
Aanpassing hoeft niet per se problematisch te zijn. Dat wordt het pas, als je er zelf geen controle meer over hebt. Met een duur woord wordt dat "fawning" genoemd : behagen door steeds maar een wit voetje te willen halen. Je past je aan om de situatie veilig te houden en de ander tevreden te stellen, doet bijna alles wat daarvoor nodig is.
Een goed voorbeeld hiervan is een sollicitatiegesprek. Voor je het weet leg je je hele agenda op tafel en stem je in met het aannemen van extra werk. De tegenzin die je van binnen voelt, leg je naast je neer. Na afloop kan je je dan fysiek uitgeput voelen. Je hebt je eigen grenzen opzij gezet om die baan te krijgen. Erger wordt het, als dat gedrag ook regelmatig bij vrienden en familie gebeurt."Tuurlijk, als jij wilt dat we het anders doen, doen we dat. Excuses voor mijn domme opmerking, hoe kan ik het goed maken? Sorry, zo had ik niet bedoeld ". Alles voor de lieve vrede, om maar conflicten te vermijden.
Prima als je het echt meent, maar waarschijnlijk zit er ook angst voor afwijzing in, of om verlaten te worden. Jezelf in allerlei bochten wringen, kan je later lelijk opbreken. Op een gegeven moment vraag je je toch af. Waarom kwam ik niet beter voor mezelf op? Maar ja, als je je aangevallen voelt, lukt het op dat moment niet meer om logisch na te denken. Veel mensen gaan dan over tot pleasen. Sociaal wenselijk gedrag tonen hoeft ook helemaal geen probleem te zijn. Jezelf eens wegcijferen kan veel opleveren. Sympathiek gevonden worden, voldoening voelen over wat je hebt bereikt, waardering door anderen, misschien krijg je daardoor ook nieuwe vrienden.
In een groep kan het zelfs noodzakelijk zijn om je aan te passen. Je bereikt niks door je tegen een hechte groep af te zetten. Maar wil dat dan zeggen dat je alleen nog maar kan zeggen wat anderen van je willen horen? Natuurlijk niet, je mag best zeggen hoe je je voelt, als je de ander ook maar in zijn of haar waarde laat. Evolutionair gezien is er zelfs een mechanisme dat onderwerping heet. Voorbeeld? Een klein hondje dat kwispelend op zijn rug gaat liggen als er een grotere hond op hem afkomt, in een poging die gunstig te stemmen om zo de aanval te voorkomen. Dat is immers veiliger dan verzet.
Veel misverstand bij digitaal contact zit in de anonimiteit, vaak kennen de mensen elkaar niet persoonlijk. Het gevaar is dan groot om een post, of tekst, verkeerd te interpreteren, of om te zetten naar de eigen ervaring. Bij persoonlijk contact kan je een misverstand meestal goed uitleggen en dan weer recht zetten. Bij een forum is dat moeilijker, dan kan je zomaar een hele groep over je heen krijgen, die elkaar liken, nog eens extra op de zere plek gaan drukken, gevaar voor escalatie dus. Meestal bloedt de discussie vanzelf dood, als je er verder niet meer op reageert. Verschil van mening of inzicht met een groep die je als eenling ervaart, lost dan niks op. Hoeft ook niet, als die verschillen gewoon naast elkaar mogen bestaan...
Eigenlijk
Ik ben datemoe. Niet zo gek, als ik bedenk hoe lang ik het al doe. Daten bedoel ik.
De gedachte aan de koffiehoek, waar dezelfde mensen elke dag dezelfde mensen ontmoeten die elkaar elke dag dezelfde verhalen vertellen, dringt zich ook steeds vaker aan me op, maar het zou te makkelijk zijn om het alleen daarop te gooien.
Nee, ik ben weer eens aanbeland op een kruispunt in mijn leven. Het overkomt me tot mijn grote opluchting niet al te vaak. Als ik een kruispunt kan ontwijken, zal ik het niet laten en opzoeken doe ik het al helemaal niet, maar van tijd tot tijd is er ook voor mij geen ontkomen aan. Dat alle kruispunten waarop ik in mijn leven ooit heb gestaan een grote gelijkenis vertonen, beschouw ik trouwens als een verontrustende bijkomstigheid.
Ook dit kruispunt lijkt weer sprekend op de andere en stelt me in wezen dezelfde vraag als alle andere: wat wil je nu eigenlijk met de rest van je leven? Een in zijn allesomvattendheid bepaald verlammende vraag, maar het weerhoudt me er blijkbaar niet van de vraag te blijven stellen. Ik wijt het maar aan de hardleersheid die op grote schaal voorkomt in de familie aan moeders kant.
De chef van de stadsredactie, die mij als beginnend verslaggever bij het plaatselijke katholieke dagblad onder zijn hoede had genomen, placht me voor te houden: 'Jongen, als je iemand eigenlijk hoort zeggen, heb je een verhaal te pakken.' Maar dit geheel terzijde.
Er is nog een woord dat me verontrust. Dat is het woord rest. Die wordt namelijk per kruispunt overzichtelijker en doet het gewicht van de vraag omgekeerd evenredig toenemen. Is er wel een antwoord dat het gewicht van deze vraag überhaupt kan dragen?
Eigenlijk weet ik het antwoord wel. Eigenlijk weet ik wel waarom datemoe ben.
En nu doorvragen jongen, hoor ik de chef van de stadsredactie zeggen.
Nou, eigenlijk heb ik weinig te klagen. Ik doe leuk werk, bewoon een nederige stulp op een benijdenswaardige locatie, heb niet al te veel vrienden en een abonnement op Netflix. Eigenlijk heeft die vraag alleen betrekking op de liefde. En weet ik dondersgoed wat ik wil. Eigenlijk.