Pas op de plaats
zaterdag 17 april 2021
Ik vond tussen mijn oude kinderboeken een voorleesboek van 35 jaar geleden. Op de omslag staan 2 ruimtevaarders die samen een groot plateau met snoepgoed dragen. "De hemel-eters" heet dat boek, geschreven door Daniel Fano, illustraties van Catherine Chasseur. Toen ik het opensloeg, zag ik dat er in 32 hokjes allemaal snoepgoed stond afgebeeld op de eerste dubbele pagina van het boek en hetzelfde snoepgoed in 32 hokjes op de dubbele eindpagina van het boek.
Op tv zie ik tegenwoordig 64 bewegende mensen in 64 hokjes bij een quiz, want publiek mag de studio niet meer in. Ik zag nog meer gelijkenissen : de 2 ruimtevaarders op de kaft zagen er net zo ingepakt uit als onze doktoren en verpleegsters in de ziekenhuizen. Ik begon het boek opnieuw te lezen. Er groeiden hoge bomen in dat boek, helemaal tot in de hemel, want de hemel was gemaakt om opgegeten te worden. De mensen klommen via die bomen naar de hemel en snoepten de hele dag. Ze dachten aan niets anders meer, want hoe meer ze aten, hoe meer ze wilden eten. Ze werden kogelrond. Bovendien werden ze ziek, want ze aten geen gezonde dingen meer. De hemel kwam door al dat snoepen steeds verder weg te liggen en de mensen konden via de bomen niet meer bij de hemel komen. Dus hakten ze de bomen om en maakten van het hout enorm lange ladders, om toch nog bij al dat lekkers te kunnen komen. Het bos verdween en de hemel werd op den duur voor de mensen op de lange ladders ook onbereikbaar, want ze snoepten maar door.
Waarom ik jullie dit verhaal vertel? Nou, in ons land zijn de fastfoodketens als paddenstoelen uit de grond gerezen. Je hoeft er niet eens met de fiets of lopend heen, want je kan met de auto langs een loket rijden om al dat lekkers af te halen. Je hoeft alleen maar het raampje open te draaien om de snacks te betalen en aan te pakken. Je kan het zelfs thuis laten bezorgen. Van al dat vette eten kunnen de mensen ook kogelrond en ziek worden, als dat fastfood onvoldoende gecompenseerd wordt met gezond voedsel. Nog een overeenkomst met het boek : er zijn hele bossen omgekapt vanwege het benodigde hardhout voor raamkozijnen en meubels. Nog steeds worden er bossen omgehakt, maar nu voor de op hout gestookte biomassa-centrales om onze huizen te verwarmen. Het tropisch regenwoud in arme landen wordt omgehakt voor meer landbouwgrond voor de boeren.
We zijn er ook achter gekomen dat megastallen met duizenden dieren erin, gezondheidsgevaar kunnen opleveren voor mensen, omdat de virussen van al die opeengepakte dieren dan makkelijker op ons kunnen overspringen. Vorig jaar is er wereldwijd de Corona-pandemie uitgebroken, en nu betalen we met zijn allen de prijs. We mogen (bijna) nergens meer naar binnen zonder mondkapje voor onze mond en neus, vakantiereizen naar het buitenland zijn uit den boze, en zelfs familiebezoek ligt sterk aan banden.
Nog even terug naar het voorleesbeek. Het boek eindigt met de opmerking dat sterrenkundigen met grote verrekijkers naar de hemel staren, onder het mom dat ze met marsmannetjes willen praten, maar ze zijn gewoon op zoek naar een planeet met nieuwe rijkdommen. Die Marsmannen en -vrouwen zijn heden ten dage te vinden in onze ziekenhuizen, het zijn de doktoren en het verplegend personeel op de IC, ingepakt als aliens. Zij vertellen ons dat we nog wat langer pas op de plaats moeten maken, omdat anders de pandemie opnieuw oplaait. Donderdag hoorde ik op de radio dat mijn bouwjaar aan de beurt is om een afspraak te maken voor vaccinatie. Ik heb meteen de GGD gebeld en begin mei krijg ik de 1e prik. Ik slaakte een zucht van verlichting. Natuurlijk moet ik in juni, als ik dan helemaal gevaccineerd ben nog steeds oppassen en alle Corona-maatregelen in acht blijven nemen, maar ik kan niet meer zo gevaarlijk ziek worden van Corona.
Laten we hopen dat als de 3e golf door al die vaccinaties verder afvlakt, we van de zomer allemaal onze vrijheid een beetje terugkrijgen. We volop van het mooie weer kunnen genieten op een gezellig terras en weer een museum of leuk evenement kunnen bezoeken.
geplaatst door sixty - 1945 keer gelezen
Vorige berichten
Klein landje
Hoewel deze site primair is ingericht om lotgenotencontact in de nabije omgeving met het andere geslacht te bevorderen, ken ik inmiddels een hoop mensen van verder weg en ook verschillende dames die op deze site aanwezig zijn of waren.Voor mij is dat ook waardevol, wij zitten hier in een community immers die niet draait op alleen heren, sterker nog, er zitten meer dames in dan heren lijkt me:)
In Den Bosch, nu een jaar geleden, sprak ik voor het eerst ook dames, tijdens een memorabele wandeling, en met een van hen ben ik bevriend gebleven. In Nederland zijn Brabant en Holland de dichtstbevolkte gebieden en dat zie je ook terug in de leden die zich veelvuldig laten horen. Een jaar lang had ik een kantoor in Den Bosch, ik zit er in een denktank bij de provincie, mijn schoonzoon komt er vandaan en ik zit er op een filosofieclub, ach Nederland is zo'n klein landje:)
Op de profielen is niet te zien waar iemand opgegroeid is en lijken juist in dunbevolktere streken heel gemotiveerde mensen te zitten. Zo weet ik een meneer woonachtig in Friesland -opgegroeid in Den Haag- die sneller naar de Randstad rijdt dan de gemiddelde Rotterdammer Schiedam bezoekt. Of denk aan motorrijders die net zo makkelijk naar Heerhugowaard rijden als naar Roermond. Was er maar een percentage waarin dit uitgedrukt kon worden, zouden dan niet meer mensen elkaar vinden?
Gisteravond draaide ik een bardienst in Leiden, met uitsluitend mensen uit verre dunbevolkte streken in Nederland en Europa, die met liefde om twee uur 's nachts met mij stoelen in vrachtwagens stonden te laden. Op hun voorhoofd blinkten in onzichtbare letters hun gemotiveerdheid en blijdschap, veel belangrijker dan hun postcode of geboortedatum toch?
Hebben jullie ideeen hoe die gedrevenheid en banden met andere streken zichtbaar te maken? Of zullen we het aantal reiskilometers per jaar openbaren?
Rondkijken op de bazaar of acteren op een datingsite
Elk jaar is in het najaar een tweedaagse manifestatie van een organisatie, waar ik ook nauw bij betrokken ben. In het gebouw staan kraampjes met tweedehands kleding, schoenen, cd’s, boeken en speelgoed. Een flink team vrijwilligers vanuit de eigen organisatie maar ook vanuit de buurt zetten zich in om deze verkoopdagen tot een succes te maken. De helft van de netto opbrengst van de verkoop komt ten goede van de organisatie en een ander deel gaat naar een plaatselijk goed doel; zoals ditmaal voor kinderen met een leerachterstand.
Een paar dagen voor de bazaar worden door mensen die net als ik lid zijn van deze organisatie spullen ingeleverd voor de verkoopdagen. Naast de kraampjes is er ook een koffiecorner waar men moe van het rondstruinen kan neerstrijken voor een lekker bakkie bruin met een stuk zelfgebakken taart, daarvoor is een speciale bakactie in het leven geroepen. Deze beide dagen hebben behalve het geld ophalen voor het goede doel ook een stukje gezelligheid en nieuwe contacten op het oog.
Ik ga er bijna als vanzelfsprekend ook kijken, niet zozeer om een paar schoenen of een overhemd te scoren, maar juist voor die gezelligheid. Het doet bij mij vreemd aan als ik er iets zou kopen waarvan ik weet, dat een van de andere aanwezigen daar vroeger in gehuld of door geschoeid was. Wel kijk ik er rond, en ik geniet van de koffie “met” en de leuke ontmoetingen.
Er zijn ook winkels die tweedehands spullen verkopen. Rataplan, Noppes en meer van die winkels maken door hun gestegen kosten tegenwoordig een moeilijke tijd door. Groot verschil met een bazaar is dat kopers in een kringloopwinkel nooit kunnen vermoeden, wat de herkomst is van de aangeboden spullen, terwijl veel artikelen van een bazaar vroeger in bezit waren van mensen uit de buurt.
Ik waag het een bazaar met tweedehands spullen te vergelijken met een datingsite. Velen die hier een partner zoeken hebben ooit een eerstehands relatie gehad. Nu zoeken zij net als ik op deze markt of er iemand is, die bij hen past. Als er een site zou zijn, die zich richt op daters uit een bepaalde regio is er een gerede kans, dat er mensen ingeschreven staan die elkaar uit een eerdere relatie kennen, net als men op een bazaar verkopers met spullen ziet, waarvan de aspirant kopers weten aan wie die ooit behoord hebben.
Ik weet van een paar vroegere contacten, met wie zij nu een relatie hebben. Ze zijn niet actief geweest op de dating – bazaar, maar hebben hun geliefde “in het wild” ontmoet. Desalniettemin zullen er op een datingsite momenten zijn, dat daters iemand zien voorbij komen, die ze uit een vorig liefdesleven herkennen. Dat kan een bijzondere confrontatie opleveren. Ik lever zelf nooit spullen in op een bazaar en ook koop ik er zelden iets, ik vind het een raar gevoel, als iemand zou zeggen: Kijk, dat shirt had ik vijf jaar eerder bij C&A gekocht en nu loopt … er in. Anderzijds lijkt het mij ook apart, als iemand anders in mijn afdankertjes flaneert.
Hoe is dat gevoelsmatig als ik zie, dat iemand een relatie heeft met een vrouw, met ik vroeger jarenlang verkeerd heb? Hangt dat af van de omstandigheden, waarin mijn relatie toen stopte?
Groot verschil tussen een datingsite en een bazaar is natuurlijk het doel: Een bazaar heeft een charitatief aspect, men wil geld inzamelen om iets moois te doen in de samenleving. Hulp bieden waar dat mogelijk is. Een datingsite is in principe commercieel gericht. Er zijn sites die een zekere ideële insteek beweren te hebben. Maar gratis? Er is een site die dat beweert, maar wie goed alles naleest ziet, dat dit slechts zeer ten dele waar is. Ik blijf rondkijken op deze dating bazaar, mijzelf verbazen over iedereen die ik er tegenkom en hopen op een mooie ontmoeting. Dan heeft een datingsite misschien toch een goed doel bereikt! Uitsmijter: 1. Wat is de overeenkomst tussen een bazaar waar tweedehands spullen worden en een datingsite? In beide gevallen is wat er aangeboden wordt ooit in andere handen geweest. Het verschil: Op een datingsite kijk ik niet alleen rond, maar ik doe ook actief mee… 2. Op een schoolplein stoot Piet (6 jaar) zijn vriendje Jan aan: Kijk, dat is mijn nieuwe pappa, die haalt mij af. Jan: Dat is leuk, die is puntgaaf! Die hebben wij ook gehad….
Veranderingen
Met de tijd meegaan is een must, is een veel gehoorde uitspraak. Maar in de praktijk gaat dat bij mij lang niet altijd op. Als een bepaald leefpatroon me goed bevalt, kan niemand me dwingen dat te veranderen. Ik hang nog steeds mijn eenpersoons wasje te drogen op twee uitklapbare droogrekjes boven de trap in de winter, buiten aan de droogmolen in de zomer. Ook heb ik geen afwasmachine. 1e) heb ik geen plaats voor een afwasmachine in de keuken, 2e) dat beetje vaat met de hand afwassen is zo gepiept. Bovendien ben ik met pensioen en heb ik daar alle tijd voor.
Sommige veranderingen gaan vanzelf, zoals lichamelijke. Ik gebruik al jaren een leesbril als ik iets goed wil lezen, mijn haren worden vanzelf ook steeds grijzer. Het peper en zoutgehalte maakt nu langzamerhand plaats voor een egale, grijze kleur. Ook ben ik het met alle veranderingen niet zomaar eens. Als ik iets op wil zoeken op internet en ik word gedwongen om eerst cookies te accepteren, probeer ik eerst of ik met scrollen de tekst toch kan lezen zonder op ja te hoeven klikken. Als de hele leesbare tekst bedekt is, denk ik vaak : laat maar, ik probeer wel via Google op een andere manier antwoord te krijgen op mijn vraag. Kan het echt geen kwaad, omdat het puur opzoekwerk is en ik niet bang hoef te zijn voor tracking, accepteer ik die cookies wel.
Ook ga ik niet mee met trends omdat het in de mode is, of gangbaar en daarom door veel mensen omarmd wordt. Ik ga geen series streamen, maar lees liever een mooi boek. Ook fiets ik nog steeds op een gewone toerfiets met versnellingen. ondanks dat ik op mijn leeftijd langzamerhand tot een uitgestorven soort ben gaan behoren. Daardoor ben ik een van de ouderen die af en toe nog 40km tot 50km op een dag met een ouderwetse, zware fiets aflegt. Ik ben na afloop wel veel meer vermoeid dan pakweg 5 jaar geleden, maar ik wil op deze manier toch nog graag met lichamelijk inspanning bezig zijn. Bovendien gaat fietsen me beter af dan lange afstanden lopen. Naar de sportschool ga ik ook niet, ik ben liever buiten sportief bezig, of in de natuur, ook in de winter.
Veranderingen in mentaliteit ten opzichte van mede-weggebruikers in het verkeer zijn soms begijpelijk, soms ook niet. In een drukke stad kan je niet twijfelachtig op een kruispunt stil blijven staan, als je de weg niet weet. Iedereen kan Goodle maps op zijn mobiel inschakelen, maakt niet uit of je in de auto zit of met de fiets op pad bent. Heb je dat niet, ga dan niet anderen in het drukke verkeer in de weg staan die minder tijd hebben. Zomaar voor de vuist weg een eind gaan dwalen kan dan weer wel in de natuur, of lopend in een stad of dorp. Maar ook daaraan zijn grenzen, serieus verdwalen is meestal niet leuk. Dan ben ik toch blij als ik weer op bekend terrein terecht kom.
Last but not least : bij het zoeken naar een partner kijk ik ook altijd of er wat overeenkomsten zijn. Uiteraard hoef ik niet alle bezigheden of hobbies met hem te delen, maar het is wel zo gezellig en fijn als je samen ook nog genoeg dingen kan ondernemen en ervan (na)genieten...