In de penarie, uit de penarie
vrijdag 11 november 2022
In september heb ik een blog geplaatst over een goede vriend van mij met de titel : op donderdag zijn ze elkaars lovers. Uiteraard heb ik hem daarna een tijd met rust gelaten, maar 2 weken terug besloot ik toch eens te informeren hoe de vlag ervoor stond. Op dit moment niet zo best, antwoordde hij : ik ben gisteren in elkaar geslagen door drie hangjongeren. Ik schrok en riep : Wat??? Vertel!!!
Je weet dat ik in een seniorenappartement woon, bestaande uit drie woonlagen boven een basisschool, begon hij. De balkons kijken uit op het schoolplein. Hartstikke leuk om die kinderen te zien spelen. In de grote vakantie werd het schoolplein echter de hele dag bezet door een groep hangjongeren. Harde muziek, scooters die heen en weer reden, afgewisseld met harde knallen van hun vuurwerk. Dat werd op den duur oervervelend en een aantal bewoners van ons complex ging de politie bellen. Ik ook, zei hij. Rustig op je balkon in de zon zitten was namelijk onmogelijk geworden. Ons woonplezier werd er behoorlijk door aangetast. Uiteraard vonden de hangjongeren dat gebel naar de politie niet fijn, dus voerden ze hun aanwezigheid op. Ze bleven tijdens de zomeravonden tot ver na het donker bij de school zitten.
Toen de lagere school eind augustus weer begon, durfden de kinderen na schooltijd niet eens meer op het schoolplein te spelen. Zodra de leraren vertrokken waren, zaten die hangjongeren er namelijk weer. De school begon daarom ook de politie te bellen. Alles escaleerde nu in een hoog tempo. Gisteravond, net voor het donker, hoorden we opeens luid glasgerinkel. Met een stalen ketting had de groep een schoolraam ingeslagen. Dat was nog niet alles, in de raamsponning hadden ze doosjes lucifers gezet en vervolgens de brand erin gestoken. Twee buurmannen die alles gezien hadden, renden gelijk met een emmer water naar beneden, zodat de brand in de kiem werd gesmoord. Andere buren hadden snel de politie gebeld. Uiteraard was de groep hem ondertussen gesmeerd, dachten we...
Ik zag nog een scooter op het schoolplein staan. Ik ging met mijn mobiel in de hand naar beneden en maakte foto's van het nummerbord als bewijs, voordat die scooter weg zou zijn. Het was inmiddels donker, dus ik zag de eigenaar van die scooter niet aankomen. Ik werd op mijn rug gesprongen. Nou ben ik van nature niet zo bang. Ik kon dat magere joch best aan. We rolden over de grond. Opeens kwamen twee maten van hem erbij en die schopten mij flink in mijn ribbenkast. Er staat ook altijd een van die gasten op de uitkijk en hij zag dus de twee politieauto's aankomen. De vechtpartij stopte onmiddellijk en de groep verdween razendsnel. De scooter stond echter nog steeds op het schoolplein en de politie maakte daar nu ook foto's van. Mijn bril en mobieltje waren zowaar heel gebleven. Ga morgenochtend voor de zekerheid maar even naar de huisdokter, zei de wijkagent. Morgenmiddag kom ik dan bij je langs om het hele verhaal op te schrijven.
Ik ben dus vanmorgen bij de huisdokter geweest. De schade is beperkt gebleven tot twee geschaafde ellebogen, een dikke knie en wat gekneusde ribben, gelukkig niks gebroken. De wijkagent is ook al bij me langs geweest. Hij heeft me verteld dat ik geluk heb gehad. Tegenwoordig hebben veel jongeren een mes bij zich en als die vechtpartij wat langer had geduurd, had ik wellicht ook schoppen tegen mijn hoofd gehad. Het feit dat die scooter nog op het schoolplein stond, was echter geen bewijs dat ik door de eigenaar ervan was aangevallen. Hij adviseerde me om een week ergens anders te vertoeven, zodat ik even uit beeld was.
Ik sta nu op het punt om naar mijn vriendin te gaan. Ik mag bij haar op verhaal komen en herstellen. Twee weken later belde ik hem op om te informeren hoe het nu met hem ging. Ook vroeg ik hem of er nog nieuwe ontwikkelingen waren geweest in zijn afwezigheid. Jazeker, zei hij, de school heeft camera's geplaatst op het schoolplein en ook een bij de ingang van de school. De groep heeft geprobeerd de camera bij de schooldeur te vernielen, maar dat is ze niet gelukt. Sterker nog, ze stonden keurig op beeld. De leraren herkenden enkele groepsleden, oud-leerlingen! De school had hun adressen nog en de politie heeft bij de hele groep huisbezoeken afgelegd. We hebben daarna geen last meer van ze gehad. Ze zijn weg.
Hoe is die week bij je vriendin je bevallen (?) vroeg ik hem. Hij zei zacht, ik heb een schat van een vriendin. Ze heeft me de hele week in de watten gelegd. Het heeft onze relatie alleen maar sterker gemaakt. Ik zei gniffelend "in datingsite-termen zeggen ze dan : de relatie is een succesverhaal geworden. Jazeker, antwoordde hij lachend, zet maar onder die blog van je, dat ik mijn lief heb gevonden...
geplaatst door sixty - 2221 keer gelezen
Vorige berichten
Grenzen verleggen
Twee dingen zijn belangrijk om je eigen grenzen te verleggen : je lichaam in goede conditie en een sterke geest. Je zult dus goed getrainde spieren moeten hebben. Ook doorzettingsvermogen, dat heb ik duidelijk gezien bij de grote wielerkoersen die op tv werden uitgezonden. Bijvoorbeeld de tijdrit, waarin iedere seconde telt. Voordat de renner start zit hij al een tijd warm te draaien op zijn fiets. Het is belangrijk dat zijn spieren goed opgewarmd zijn voor hij aan deze snelle rit begint, zodat hij meteen de vaart erin kan zetten. Na de rit neemt hij opnieuw plaats op een fiets om de verzuring uit zijn benen te fietsen en om blessures te voorkomen.
Je kan ook niet bang aangelegd zijn. Ik heb afdalingen in bergetappes gezien, waar ik op de snelheidsmeter van de motor die achter de renner reed, snelheden zag die wij met de auto op de snelweg halen. Bijna 100 km, doodeng. Een verkeerde manoeuvre en je kan zo in het ziekenhuis belanden. Uiteraard zijn wij maar amateurs en bovendien te oud hiervoor, maar ook wij kunnen onze grenzen verleggen. Een goede conditie valt op te bouwen. Maar hoe zit het met de durf? Ik heb al decennia lang last van hoogtevrees en daar komt maar weinig verandering in. Ik weet dat dit in mijn hoofd zit. Als ik een borstwering of hoge rand voor me heb in een toren, durf ik wel over de rand te kijken en kan ik ook van het uitzicht genieten. Achter glas, zonder rand voel ik me niet veilig en blijf ik op gepaste afstand staan.
Ook maakt het uit of ik nog terug kan. Dat was bij het fietsen over de drukke en hoge Brienenoordbrug niet het geval. Ik kon dus niet meer terug. De zon scheen op het water van de Nieuwe Maas aan de linkerkant en rechts zag ik in de diepte het Feyenoordstadion liggen, dat ging nog wel goed. Toen ik de brug ging afdalen en het fietstempo ook nog eens hoger was, begon ik bijna om mijn moeder te roepen, zo bang was ik. Voor geen goud wilde ik aan het eind van die dag weer terug over die brug terugfietsen naar Rotterdam. Mijn maatje moest door mij dan ook vele kilometers omfietsen, zodat we bij Ridderkerk met de pont het water konden oversteken en zo terug naar het hotel.
Bij het daten heb ik pas geleden ook een keer geprobeerd mijn grenzen te verleggen. Eigenlijk heb ik niks met vissen, maar ik had een interesse-bericht gekregen van een leuke man die als hobby vissen heeft. Ik heb hem uitgenodigd om dicht bij mijn huis een keer een paar uurtjes te komen vissen bij onze mooie, grote visvijver. Helaas is dat niet doorgegaan, hij viste liever alleen, in alle rust, bij zijn eigen mooie visstek. Ook had hij bij nader inzien niet veel op met mijn hobby's. Een afspraak is er dus niet van gekomen. Maar ik geef de moed niet op, ik sta open om ook andere hobby's uit te proberen, mits ik het durf natuurlijk...
Recepties bij jubilea of afscheid: een noodzakelijk kwaad?
Het bedrijf, waar ik gewerkt heb besteedde destijds veel aandacht aan de jubilea van haar medewerkers en medewerksters. Tegenwoordig is de bedrijfscultuur sober geworden, en langdurige dienstverbanden komen steeds minder voor. In de laatste jaren van mijn dienstverband kregen ouderen vaak een aanbod om vervroegd met pensioen te gaan, iets wat ze gelet op de financiële consequenties dikwijls maar al te graag accepteerden. Zij kregen 80 % van hun bruto salaris en dat resulteerde in 90 % netto. De grote vrijheid lokte, en evenzo het benutten van die vrije tijd nu men nog een redelijke gezondheid had.
Ik maakte ook dankbaar gebruik van de 55plus regeling, en ik kon op een leuke manier afscheid nemen met een receptie. Bij mijn afscheid kreeg ik onder anderen een fototoestel als cadeau, dat heb ik vaak gebruikt om foto’s te maken van afscheidsbijeenkomsten van andere (ex-) collega’s. Als ik uitgenodigd werd voor zo’n receptie en er naar toe ging vielen mij een paar dingen op. Het programma voor die bijeenkomsten was gevuld met toespraken, drankjes, hapjes, attenties voor de jubilaris of aanstaande pensionado maar vooral door ontmoetingen met oude bekenden: “Verrek, zeg kerel ben jij dat?”.
Evenals bij een afscheid vanwege een overlijden worden bij een jubileumviering of een bijeenkomst omdat iemand het bedrijf wegens pensionering verlaat in de toespraken vrijwel uitsluitend positieve dingen aangereikt. Hooguit stippen de sprekers een kleine faut pas aan, maar altijd met een stukje humor. Niet iedereen verstaat de kunst om zo’n toespraak te schrijven en te houden. Intussen worden hapjes en drankje in min of meer overvloedige mate aangereikt en geconsumeerd. Er zijn mensen die alleen daarom allerlei recepties afstropen..
De jubilaris / pensionado krijgt vervolgens een cadeautje van zijn collega’s, het bedrijf had al voor een passende beloning gezorgd. Eigenlijk begint daarna het belangrijkste deel van de middag: het elkaar ontmoeten. In het verleden waren er behalve de genoemde “feestjes” ook nog nieuwjaarsessies. Die verliepen ook volgens een protocol, zij het dat daarvoor meestal de ochtend ingeruimd was. De directeur hield een toespraak, waarin hij (later werd het een zij) de aanwezigen bedankte voor hun inzet in het afgelopen jaar en vooruitblikte op wat er in het nieuwe jaar gepland werd.
De nieuwjaarsessies werden ook druk bezocht door gepensioneerden. Een chef – pensionado had dan de gewoonte op iedereen die onder zijn bewind actief was geweest af te stevenen met de woorden: “Jou heb ik nog niet gehad!”, gevolgd door de welbekende handdruk. Ontwijken hielp geen zier, de man speurde je feilloos op tussen de honderden aanwezigen. Als je ooit op niet al te goede voet stond met deze baas voelde het dubbel, dat hij nu zo enthousiast voor de dag kwam.
Is het begrijpelijk dat een aantal jubilarissen / aspirant pensionado’s niet kozen voor een officieel afscheid maar alleen op hun afdeling met de directe collega’s een borrel dronken?
Onwillekeurig denk ik dan aan de rouwadvertenties waarin staat, dat het afscheid in besloten kring plaats heeft gevonden.
Is een jubileum / afscheid in de traditionele vorm wel leuk? Of ziet / zien degene(n), om wie het gaat en die het moeten organiseren er tegen op? Hangt het er misschien van af, of je het leuk vindt om een keer in het middelpunt van de belangstelling te staan waar je vroeger niet zo op de voorgrond trad?
Het is heel essentieel, of je bij zo’n bijeenkomst alleen of met een partner bent. Datzelfde geldt nog sterker bij algemene bedrijfsfeestjes. Voor singles zijn bedrijfsfeesten waar partners wel maar goede vrienden niet mee mogen doen geen pretje. Of juist wel? Dit is dé kans om net die collega, waar je in stilte al een oogje op hebt in een informele sfeer te ontmoeten…
Fietsen of wandelen?
Het komt mij zo voor dat we het dating gemeenschap kunnen onderscheiden in fietsers enerzijds en wandelaars anderzijds. Weliswaar zijn er ook leden die zowel wandelen als fietsen op hun to-do-lijstje zetten, ze zijn fluïde zogezegd, maar dat zijn er denk ik niet zoveel. Nu zit ik als Wandelaar ook wel regelmatig op de fiets, maar dat is dan met een doel, de fiets als vervoersmiddel. Een Fietser fietst om het fietsen zelf, om het plezier dat fietsen verschaft. Van het voorbijglijdende landschap, de eeuwig vliedende horizon, van wind om de oren, van bikkelen bij tegenwind. Knap als je zowel Wandelaar als Fietser kan zijn, want het zijn twee verschillende werelden.
De wandelaar is niet gehaast, voor hem (m/v) geen hartritmemonitor, snelheidsmeter en andere prestatiegadgets. De wandelaar is sowieso niet erg van de gadgets. Want dat is de meest kenmerkende eigenschap van wandelen: je hebt er niets meer dan je eigen ‘benenwagen’ nodig, Meer autonomie kun je niet hebben en voor wandelaars is het een gevoel van vrijheid om zonder ballast in een rustig tempo de omgeving te ervaren. Hoewel... menigeen is gevallen voor de verleiding van de Stappenteller, maar dat terzijde. De wandelaar is van alle tijden, h was er al voordat het wiel werd uitgevonden,. Oms bewegingsapparaat is optimaal afgestemd op de uiteenlopende omstandigheden die van nature op aarde voorkomen. Van rul zand tot rotspartijen, kom daar maar eens voor met de fiets.
De fietser beziet de wereld op een iets abstracter nivo. Aan de kleinere details gaat hij al peddelend voorbij. Eens even ergens bij stilstaan is voor de fietser al helemaal niet weggelegd, nee, de fietser kijkt alweer verder, want zijn vervoersmiddel houdt niet van oneffenheden. Het is in hoge mate afhankelijk van een min of meer effen en verhard lint waaroverheen de wielen kunnen rollen en een kei of scheurtje in het wegdek kan fataal zijn. De blik dient altijd vooruit gericht te zijn, maar met die vooruitziende blik legt hij dan wel grotere afstanden af en overziet een groter gebied. Heeft hij daarmee ook ook méér gezien, of een rijkere ervaring opgedaan? Daarover kan je natuurlijk twisten, het is vooral ánders. In mijn optiek is wandelen een meebewegen met de natuur, met gebruikmaking van onze natuurlijke aanleg. Het fietsen is – letterlijk - een uiting van het vooruitgangsdenken, de maakbare wereld, die ons afhankelijk maakt van technologie, maar waardoor ook onze horizon wordt verbreed.
De fiets kun je zien als een van de grote verworvenheden van de industriële revolutie, in de 19e eeuw tot ontwikkeling gekomen, ruwweg in dezelfde tijd dat ook de automobiel ontstond. In een tijdsbestek van zo’n 50 jaar ging het van Draisine (loopfiets) naar Safety Bicycle, het oermodel van onze fiets-met-ketting. Daarvoor moesten wel wegen worden aangelegd; de natuur, die we nu dus infrastructuur noemen, ging grondig op de schop om de vooruitgang mogelijk te maken. De evolutie van loopvermogen heeft wel ietsje langer geduurd. Het verschil is dan ook dat daarvoor de mens zelf, en nog niet de wereld, werd aangepast.
Wij hebben nu de keuze. De fietser kan zich uitleven met een fraai stukje moderne technologie, al dan niet met carbon frame, al dan niet met trapondersteuning. En voor de wandelaar is er gelukkig ook nog genoeg te beleven in dit mooie land en laten we hopen dat dat zo blijft.