Mr of Mrs Right (sneller) vinden
dinsdag 22 augustus 2023
Een paar jaar terug vertelde een kennis dat ze met de Wet der Aantrekkingskracht was gaan werken om haar Mr Right aan te trekken.
Ze ging o.a. de tafel voor twee dekken en dan eten alsof die partner daadwerkelijk tegenover haar zat.
Het gaat er dan niet om in te gaan vullen hoe die persoon er uit ziet of om er zogenaamd hardop tegen te gaan praten. Het doel is dat je gaat invoelen hoe het zou zijn als die persoon daar daadwerkelijk zou zitten. Hoe voel je je dan, hoe loop je, hoe gedraag je je, hoe denk en praat je enz. Het gaat dus geheel om jezelf, je gevoel en innerlijk.
Als je dat goed doet, gaat je eigen vibratie omhoog waarmee je op de juiste afstemming komt om een partner te manifesteren. Vergelijk het met een radio: stel de juiste relatie voor jou zit op 103FM maar jij zit zelf op 84FM. Dan ga je die partner en relatie niet vinden of aantrekken omdat je op een totaal andere frequentie zit.
Door te doen wat zij deed, kun je jezelf wél op de juiste frequentie krijgen. Niet heel lang nadat zij met de Wet der Aantrekkingskracht allerlei dingen was gaan doen door de dag heen, vond zij haar partner.
Ze trouwden, gingen een huis bouwen, kregen kinderen. Kortom, ze leefden nog lang en gelukkig!
Waar gebeurd verhaal.
Toen ze dat vertelde, besloot ik dat ook eens te gaan doen. Ik was nieuwsgierig!
Met het eten ging ik de tafel voor twee dekken. Ik at in mijn eentje niet vaak aan tafel, maar het was ineens leuk. Ik zette wijnglazen weg en een paar kandelaars met kaarsen die ik tijdens het eten ook aanstak.
Het was even schakelen, hoor. Met de gordijnen open in je uppie aan een voor twee gedekte tafel zitten eten met brandende kaarsen was toch wel ff gek! Ook was het even zoeken om niet net te gaan doen of er iemand zit en die persoon in te gaan vullen qua uiterlijk en dergelijke, maar om naar binnen te gaan en te voelen hoe ik me zou voelen met die geweldige man tegenover me. Je focus ligt niet naar buiten toe, maar naar binnen.
En verdomd als het niet waar is, toen ik de slag te pakken kreeg, begon ik me echt anders te voelen. Ik begon ‘lichter’ te worden, vrolijker en mijn energie begon omhoog te gaan.
Ik had een fijn muziekje opgezet en toen ik even naar de keuken moest om iets te halen, danste ik spontaan van de tafel daarheen en terug? Het leek alsof ik vleugels had! Het eten smaakte ook fantastisch, het was echt net of ik gezellig en intiem samen met mijn partner had gedineerd.
Die ervaring inspireerde me om het uit te breiden naar andere activiteiten. Als ik in de auto ergens naar toe reed, begon ik hetzelfde te doen. Voelen alsof die man naast me zat. Met boodschappen doen idem dito.
Het gaat elke keer dus om jezelf. Hoe voelt zo’n autoritje als die partner naast je zou zitten? Ineens waren er leuke, levendige gesprekken! Hoe is het boodschappen doen met die partner bij je? Samen dingen uitzoeken voor het eten, beetje klessebessen, hij duwt de kar, helpt met tassen dragen. Hoe zou dat voelen van binnen? Hoe praat, loop, gedraag, doe en voel je je dan?
Ik kreeg er steeds meer lol in en geloof het of niet, ik danste door het leven!
Je kunt dit ook doen om voor jezelf heel helder te krijgen in hoeverre je klaar bent voor een relatie of samenwonen of wat dan ook.
Om te illustreren… het was meer dan duidelijk dat ik klaar was voor een vaste relatie, anders zou ik me niet zo geweldig voelen door dit te doen.
Maar op een dag zat ik in de auto en ging ik nog een stapje verder. Niet alleen zat die partner naast me, maar we woonden ook samen. We waren dus zojuist van ons thuis vertrokken en zouden ook samen weer naar ons thuis terug gaan.
Daar ging iets in mij acuut van stuiteren! Een soortement vol op de rem trappen en mijn vibratie kelderde naar beneden.
Ik wist meteen dat ik wel klaar was voor die geweldige relatie, maar nog niet om ook al samen te gaan wonen. Dat was nog even een brug te ver.
If memory serves ontmoette ik niet heel lang erna ook een man waarmee ik een enorme connectie had. We kregen een relatie, maar na verloop van tijd zijn we toch niet samen gebleven.
Een paar dagen terug bracht iets de Wet der Aantrekkingskracht weer onder mijn aandacht. Tijd om daar maar weer eens mee aan de slag te gaan!
geplaatst door Roosje - 1124 keer gelezen
Vorige berichten
Potjeslatijn
Op ieder potje past een dekseltje. Voor de potjes in mijn keuken gaat dat doorgaans wel op. De potjes en deksels zijn redelijk standaard en vaak uitwisselbaar. Ik kan bovendien ervan uitgaan dat wanneer een potje vandaag bij het deksel past, dat het ook morgen nog het geval zal zijn. Die voorspelbaarheid is een hele geruststelling. Ik ben ook vertrouwd met de inhoud van mijn potjes. Ik weet welke ingrediënten ik moet combineren om er een behoorlijke maaltijd mee mee op tafel kan krijgen. Met sommige ingredienten moet ik behoedzaam omgaan, dat heb ik allemaal wel onder de knie. Per slot van rekening heb ik tijd genoeg gehad om dat allemaal te ontdekken. Mijn verzameling potjes is in de loop der jaren behoorlijk uitgedijd, maar desalniettemin overzichtelijk, alles heeft zijn plek gekregen.
In spreekwoordelijke zin is het een ander verhaal. Potje-vindt-dekseltje mag dan opgaan voor twintigers – vooropgesteld dat die redelijk ongeschonden door de puberteit heen zijn gekomen – maar als vijftig- zestig- zeventigplussers zijn we net als die keuken, ieder van ons een hele verzameling potjes gevuld met verhalen en ervaringen. En op sommige potjes zit ook al een stevig deksel – de kunst is dan juist om het deksel er ooit nog eens vanaf te krijgen, zodat de inhoud verwerkt kan worden. Onze eigen potjes zijn ons vertrouwd, we weten wat er in zit en hoe we ermee moeten omgaan. Maar de potjes die een ander meebrengt, daar moet je maar het beste van hopen.
De vele jaren die mensen feitelijk nodig hebben om elkaars provisiekast te leren kennen en daarmee mooie mengsels te creëren is ons vaak niet gegund. Begrijpelijk ook, want je kunt van te voren niet weten of dat überhaupt kans van slagen heeft. Maar als je nog niet van elkaar weet welke potjes een ander meebrengt, van welke potje je kunt proeven en welke je nog maar even dicht moet laten, dan moet je maar net de mazzel hebben dat je het juiste dekseltje losdraait. En daarna weer, totdat je ook eens een potje kunt breken. En omgekeerd is dat natuurlijk ook het geval. Anders maak je er een potje van. Dat is dus bijna onvermijdelijk.
Potjes met gedistilleerde levenservaring, levenslessen ook, is een voorstelling van zaken die bekend is geworden door de tovenaarswereld van Harry Potter - die naam komt ook niet uit de lucht vallen: potjes met dromen, angsten, verlangens. Vaak een geheimzinnige, duistere inhoud die bedoeld is om geheim te blijven, of in elk geval in de private sfeer, maar in een fantasiewereld loopt het uiteraard anders en aan het eind komt alles goed. Joanne Rowling had het idee overigens weer, althans dat vermoed ik, van Roald Dahl’s GVR. De vriendelijke reus die dromen verzamelt in glazen potjes en de fijne dromen naar slapende kinderen blaast met zijn dromentrompet. De potjes met foute dromen zijn rood en die met goede dromen zijn blauw of groen. Was het maar zo eenvoudig.
In de zevende hemel
Vorige week was er iedere avond een kerstfilm op tv. Meestal zijn die films mierzoet, dus ga ik daar niet naar kijken. Maar ach, eentje om alvast een beetje in kerstsfeer te komen kan geen kwaad. Zoals vaak het geval is, was de plot overbekend. Een jonge, knappe prins die incognito een lief, mooi burgermeisje ontmoet.
Zij werkt in een banketbakkerszaak met heerlijke bonbons, chocola en gebak. Hij wordt straal verliefd op haar. Zij weet uiteraard niet dat hij een prins is en hij geniet daar met volle teugen van. Deze plot zou prima kunnen passen in de boekjes van de Bouquetreeks, de hoofdpersonen daar zijn zonder uitzondering ook jong en knap. Meestal zijn het twintigers, hooguit begin dertig jaar. Ze leven in een droomwereld die veel mensen aanspreekt.
Wat me soms opvalt in de datingwereld, dat er nog best vaak gedroomd wordt van de perfecte man of droomvrouw, waardoor je je ineens in de zevende hemel waant. Alleen zijn wij ongeveer veertig jaar ouder dan de hoofdpersonen in die tv-films. Ik denk ook weleens aan die boeken van de bouquetserie als ik in het profiel van een man van 70+ lees : ik wil de sterren van de hemel vrijen met haar. Zij, ook 70 zou graag in zijn sterke armen willen verdwijnen.
Als je zoiets opschrijft voel je je in je hoofd misschien ook wel weer twintig jaar. In werkelijkheid zijn velen ons niet meer zo soepel en lenig. Twee tot drie dagen spierpijn lijkt me na zo'n woeste vrijpartij niet denkbeeldig. Daarom vind ik intimiteit een veel beter woord. Intimiteit kent vele gradaties. Van een arm om je heen, tot knuffelen, elkaar teder aanhalen. Wat daar verder nog van komt zie ik later wel weer...
Door het raam
Tenminste twintig minuten, zo lang moet ik dit volhouden van mezelf. Mijn benen draaien rond en rond, mijn armen bewegen in hetzelfde ritme heen en weer. Crosstrainer, zo heet dit ding. Het staat voor het grote raam, naast de loopbanden, en er zitten knopjes op waarmee ik de draaicirkel kan vergroten en verkleinen. Die draaicirkel moet natuurlijk groter, steeds groter - wat goed is voor de heup, voor de heupen. En goed voor mijn moreel.
Het raam van de sportschool is van donker glas, het soort glas dat de wereld van binnen naar buiten gezien helder maakt, en de wereld van buiten naar binnen juist donker. Binnen, daar wordt serieus getraind: Het aardige echtpaar, de grijze man met het buikje, de hockey meisjes, de behulpzame Engelsman, de man die zijn drinkfles alvast op zijn volgende toestel zet, de donkere jonge vrouw in het wijde, witte trainingspak. Ze straalt stijl en klasse uit, deze vrouw, en ze zegt nooit wat. Totdat ze verschrikkelijk hard niest in de toiletruimte achter de kleedkamer. ‘Did I frighten you’, vraagt ze helemaal betraand om het hoekje van de deur. ‘No, you amazed me. I didn’t know you could sneeze that loud’. Ze lacht, en we wensen elkaar ‘a nice day’ als ik naar huis ga.
En buiten, buiten op het plein, daar lopen de scholieren, de reizigers met hun rolkoffers en hun rugtassen, de vaders en moeders met hun kinderwagens en hun boodschappentassen. De scholieren dragen zwarte puff jacks op grijze joggingbroeken - behalve die ene prachtige jongen. Die jongen draagt een wijd uitstaand capuchonjack tot net boven zijn blote navel. Ze lijken elke dag vijf euro mee te krijgen om van te lunchen, de scholieren. Genoeg voor een plastic zakje met twee croissantjes, een blikje energiedrank en een zak chips. Eetze, kinders! De jongens kijken niet naar het raam van de sportschool, de meisjes wel - en aan het even verschikken van hun haren te zien, kijken ze dan naar hun eigen spiegelbeeld. Soms ziet iemand mij - mijn haar licht nogal op achter het donkere glas - en soms zwaait zo iemand dan maar. Ik zwaai terug, voel mij voor even de koningin van de crosstrainers. Mannen wanen zich nogal eens ongezien, alsof het buiten voor mij even donker is als voor hen binnen. Zo’n man blijft dus kijken, zolang hij voor het raam loopt. Ha, ik kan langer naar hem kijken dan hij naar mij! Hij is een docent, een reiziger, een man op weg naar de supermarkt. En ik ben Lois Dodd*, de kunstdocent wier eigen werk pas groots werd tentoongesteld toen ze 85 was. Ze schildert ramen, en het licht dat op de wereld achter het raam valt. Het valt op een open ruimte - zoals achter mijn raam - op bomen, gebouwen, op een heel bos, op het raam van een schuurtje, op het wapperende wasgoed aan de lijn. Rode lakens! Die zullen niet in de wasmachine naar vlekkerig roze verkleuren door een rode sok.
Over sokken gesproken: Ik trof een orthopeed die pas aan opereren denkt als het me niet meer lukt om mijn sokken aan te trekken. Dat heb ik zo voor elkaar, hoor: Een maand lang minimaal bewegen en kijk nou eens, ik kan mijn sokken niet meer aantrekken! Eh. Dat ga ik dus niet doen. Zelfs als jij belooft elke ochtend langs te komen om mij mijn sokken aan te trekken, ga ik dat niet doen.
*Lois Dodd heeft momenteel een expositie in het Haagse Kunstmuseum: ‘Framing the ephemeral'.