Het woord strapatsen
donderdag 24 juli 2025

Er was geen licht meer in de kleedkamer, en een ook al wat oudere vrouw zat op de tast haar sportschoenen vast te strikken. We lachten wat, over moonlight training enzo. Ze traint hier samen. Zij en hij hebben hetzelfde trainingsschema, een schema dat ze in dezelfde volgorde afwerken, in even bordeauxrode t-shirts. Ze staan dus constant op elkaar te wachten. Ze zijn best leuk, eigenlijk. Maar wat ben ik tegelijkertijd blij dat ik in mijn eentje train, mijn eigen trainingsschema heb, mijn eigen knalblauwe t-shirt. Of mijn witte t-shirt, mijn zalmroze, mijn grijsblauwe. Maar toch. ‘Heb jij dat weleens’, vroeg een mede-dater mij ooit heel treffend, ‘dat je in je uppie kunt genieten van wat dan ook en tegelijkertijd het gemis kunt voelen van er samen van genieten.’ Ja, dat heb ik ook. Best vaak, eigenlijk.
En daarom blijf ik hier - en daarom schrijf ik hier. En zolang ik het raadsel van liefde en aantrekkingskracht niet heb opgelost, schrijf ik over wat mij zoal overkomt als jonkvrouw zonder ridder aan mijn zijde.
‘Wees liever een cyborg dan een godin.’ (uit: ‘A Cyborg Manifesto’, van filosoof Donna Haraway)
Ik had hem een foto vanaf de Waalbrug gestuurd, op die eerste dag van de Nijmeegse Vierdaagse. ‘Wandelze!’, stond er onder. ‘Dank je! Blijf je daar?’, appte hij terug. Ik staar naar dat laatste zinnetje. Blijf je daar. Blijf je daar wat? Blijf je daar staan, zitten, slapen, wachten, op mij wachten? Dat laatste leek mij het meest logisch - maar ook absoluut onlogisch: Ik sta hier en uiteindelijk loopt hij hier langs, normaliter later dan mijn dochter. Ik sta hier mijn wandelende dochter op te wachten. Wist hij eigenlijk wel dat ik elk jaar hier, op dit plateautje bij de brug, op haar wacht? ‘Alleen de laatste 5 km. meelopen met mijn dochter, niet overnachten,’ was uiteindelijk mijn antwoord, een antwoord dat ik later als ‘hyper logisch’ zou bestempelen. Filosofen zoeken nog steeds naar een ‘theory of meaning’ die moet verklaren dat we begrijpen wat de ander zegt, schrijft, of denkt. Voor mij geldt simpelweg: des te blijer ik van die ander wordt, des te lastiger het is om uit alle mogelijke betekenissen en bedoelingen die ene juiste te kiezen.
‘... en ze praatten over doodgewone dingen zoals met wat voor iemand ze zouden gaan trouwen…’ (uit: 'Lichte jaren’, van Elizabeth Jane Howard)
De jongens kwamen als één man de roltrap op. Ze praatten met harde stemmen, en ze droegen lichte t-shirts op lichte broeken - behalve één jongen, die een beige hansop droeg. Een even beige, cilindervormig object bungelde voor zijn kruis; het ding zat vast met grote, losse steken zwart ijzergaren. Wij, mijn mede wandelaarster en ik, hadden juist geconstateerd dat er hier vreemd volk rondliep. Nou ja, wij staan ook niet iedere zaterdagavond op station Lelystad, en misschien waren wij wel even vreemd met onze rugtassen en onze verwaaide haren. De jongens stonden plotseling om mij heen. Ze waren lang, ze hadden sportschool torso's - en ze waren vriendelijk. Ze wilden een foto maken. ‘Jullie willen dat ík een foto maak?’ ‘Nee, wíj maken een foto. Van jou, met hém. Terwijl je hem daar vasthoudt.’ De jongen in de beige hansop stond nu vlak voor me, bood het ding aan. De jongen naast me greep naar mijn hand. ‘We willen een oude vrouw op die foto,’ zei ergens een stem. ‘Sodemieter op’, zei toen die oude vrouw. Met haar voorleesstem, zodat ze het maar één keer hoefde te zeggen. Ze dropen af - en even later legden ze het ding juichend op de donkere rug van een jonge vrouw. Ze leek het prima te vinden. En nu is er dus een meisje getrouwd met die ene jongen - en kan ik eindelijk het woord ‘strapatsen’ gebruiken. Want strapatsen, dat waren het.
geplaatst door RodeJas - 518 keer gelezen
Vorige berichten
Flirten
Overal en nergens kun je in een situatie komen waarbij ineens geflirt kan worden. Het is niet alleen verbonden met een liefdesrelatie, noch een relatie met iemand willen.
Er zijn verschillen redenen van flirten, sommige oppervlakkiger dan andere.
Het kan gewoon een toevallig leuk momentje zijn met een vreemde die je daarna ook nooit meer zult zien. Gewoon leuk, speels, oppervlakkig even een momentje. Maar het kan ook wat meer beladen zijn, bijvoorbeeld als de intentie meer seksueel gericht is. Of als je flirt omdat je iemand heel leuk vindt en uit wilt vogelen of dat wederzijds is. Dan is het best spannend.
Afhankelijk van wie, wat, waar, kan het subtiel zijn, maar net zo goed ook duimendik er bovenop liggen.
Hoe gaat flirten dan? Buiten speels en losjes verbaal reageren, is ook oogcontact, een glimlachje, lichaamstaal, een korte en lichte aanraking onderdeel ervan. En een goede timing is ook handig!
Het is eigenlijk een beetje een sensueel spelletje. Dat kan dus heel oppervlakkig zijn, maar ook dieper gemeend.
Een ander ding is dat het ook zelfvertrouwen vergt. Als je dat hebt, en je je op je gemak voelt, is het veel makkelijker om soepel om te gaan met flirten. Of om het zelf te doen.
Als je meer onzeker bent of je ergens niet prettig voelt, zul je waarschijnlijk houterig reageren.
Zelf vind ik het altijd best een dingetje.
Dat komt omdat ik een paar minder leuke ervaringen heb gehad waarbij de man de situatie finaal verkeerd interpreteerde.
Ik ben daardoor voorzichtig geworden. In die zin vind ik flirten het leukst en makkelijkst als ik in een relatie zit of vast aan het daten ben met een man. Met hem is het dan natuurlijk leuk om te ervaren.
En buiten dat hoef ik me tenminste niet druk te maken dat iemand het uitlegt als, “Ah, zij is bereid met mij de koffer in te duiken! Feest!” Waarna ik moet zien dat ik zonder kleerscheuren thuis kom.
Ik heb zo 1 keer in een heel penibele situatie gezeten waar het echt kantje boord was. En eerlijk gezegd had ik niet eens geflirt, gewoon gekletst. Blijkbaar kan dat toch helemaal anders geïnterpreteerd worden.
Zulke dingen blijven je bij. Niet perse bewust, maar onbewust blijft het hangen en kijk je wel drie keer uit voor je weer zoiets riskeert. Zelfs met iets wat onschuldig zou moeten zijn als flirten.
Een andere reden waardoor ik me er in bepaalde settings voor afsluit, is dat mannen vaak gaan flirten als ze gedronken hebben.
Dat is dan ook niet altijd even subtiel. Door de alcohol werken hun filters ook minder waardoor ze niet echt in de gaten hebben dat je het niet op prijs stelt, of… het kan ze door de alcohol niets schelen.
Ik vind het dan hoe dan ook ongewenst en onaangenaam.
Maar toch kwam ik zo een keer met een Ierse man aan de praat in de pub waar ik genoot van een fijn avondje uit. En dat werd interessanter dan ik tevoren had verwacht.
Hij werkte in de Rotterdamse haven, maar wist heel veel van energy healing en was daarvoor ook in India geweest om te leren.
Dat is helemaal mijn ding, dus totaal onverwacht kwam er uit zijn onhandig, en niet gewenste geflirt een heel leuk gesprek!
Maar ja, toen vond ik het na een tijdje welletjes geweest, liep lekker even naar buiten omdat de band toch pauze had. En toen liep hij mee. Daar begin ik dan wel irri van te worden. Als ik iets beu ben, ben ik het beu, en dan moet iemand niet gaan drammen, want dan wordt ik heel onsubtiel.
Uiteindelijk liep het weer iets later toch nog hartstikke leuk af.
Hij had ergens in het eerdere gesprek mijn naam gevraagd, maar ik had geen zin die te geven. In plaats daarvan gaf ik hem mijn auteurs pseudoniem en zei dat ik boeken uitgegeven had onder die naam.
Hij noemde mij daarna ook bij die neem, wat ik wel weer waardeerde.
Toen ik een uurtje of wat later naar huis ging, stond hij met zijn maat toevallig buiten. Ze zagen me weggaan en ze begonnen ten afscheid te roepen en zingen, wederom met gebruik van mijn pseudoniem.
Daar moest ik wel om lachen.
Ik heb een paar keer omgedraaid en gezwaaid naar hen, want dat was gewoon echt leuk. Ze bleven zingen tot ik helemaal uit zicht was.
Ik liep met een grote glimlach naar mijn autootje. En ook nu met het schrijven hierover moet ik weer glimlachen.
Soms kan een op zich ongewenste flirt toch ineens best een bijzondere wending krijgen!
Vermoeidheid in je hoofd
Je denkhoofd eens rust gunnen kan op veel manieren. Bijvoorbeeld door mijn handen of voeten eens flink te laten spreken. Dat kan ik doen door mijn huis eens drastisch op te gaan ruimen, uitzoeken wat er weg kan. ik kan ook wat extra schoonmaakwerk doen, bijvoorbeeld door alle randjes van de deuren en plinten schoon te gaan maken.
Maar de meeste rust krijg ik met tuinieren. ik ben dan alleen nog maar bezig met snoeien, onkruid verwijderen om daarna tevreden te genieten van het resultaat. ik let er wel op om de tuin ook goed bij te houden als er minder behoefte is aan geestelijke rust, zodat ik er niet uren mee bezig hoef te zijn. Ik knip zelfs de struiken van de gemeente, die lang geleden door plantsoenarbeiders aan de zijkant van mijn achtertuin zijn geplant en nu grote struiken zijn geworden. Ik heb ze door laten groeien tot ze circa 1 meter boven mijn schutting uitsteken.
Ik heb zelfs een klein paadje met oude stoeptegels achter die struiken aangelegd, zodat ik ook de achterkant van die struiken kan snoeien. Mijn schutting blijft zo gevrijwaard van ongewenste begroeiing. Alle bovenkanten heb ik mooi rond geknipt, zodat het, zowel vanaf de straatkant als vanuit mijn eigen tuin, er mooi en verzorgd uitziet. Ik heb ook een brede ligusterheg aan de zijkant van mijn voortuin, waar veel wandelaars op de stoep vlak langs mijn hoekhuis lopen. Dat geeft wat meer afstand en biedt privacy tegen teveel inkijk. Ook die heg moet regelmatig geknipt worden.
Wat ik ook graag doe is even naar de supermarkt lopen in mijn woonplaats voor een goedkope aanbieding. Wie niet oplet en duur koopt financiert aanbiedingen, dus ik blader iedere week trouw de weekfolders van alle supermarkten bij mij in de buurt door. In Heemskerk heb je nog andere supermarkten en hun aanbiedingen komen regelmatig voorbij in de reclameblokken op tv. Daarvoor pak ik dan de fiets. Ik heb nog steeds een gewone fiets met fietstassen achterop en aangezien ik aan de kust woon staat er bijna altijd wind. Doe ik gelijk iets aan conditietraning...
Scheidsrechtertje spelen
Standaard lopen / rennen tijdens een voetbalmatch vijfentwintig personen op de grasmat. Reken maar: twee keer elf spelers, een scheidsrechter en twee grensrechters. De scheids oftewel de arbiter is één van de meest verguisde mensen van het spel. Iedereen heeft kritiek op hem. Hij doet het nooit goed; de kritiek wordt vaak bepaald door de voorkeur van de criticus voor een bepaalde club. Waar de scheidsrechter geacht wordt objectief te zijn is diegene, die zijn beslissingen beoordeelt dat bijna nooit. Er is zelfs een protocol van de voetbalbonden over de beslissingen van de scheidsrechter. Ik zou voor geen goud in de schoenen willen staan van een arbiter; uit het recente verleden zijn gevallen bekend, waarin een besluit van hem tot veel agressie van spelers heeft geleid, omdat ze het niet met hem eens waren.
Andere scheidsrechters blijven doorgaans zelf buiten schot. Een scheids bij tennis zit zelfs de hele wedstrijd uit, alleen zijn hoofd moet goed wendbaar zijn. Naast de sport zijn er overal in de maatschappij personen, die als beroep hebben bij geschillen tussen individuele mensen of groepen te bemiddelen. In de politiek hebben ze weer een andere rol. Ze proberen een band te smeden tussen de partijen, zodat ons land, onze provincie of stad bestuurd kan worden.
Bij relaties kom ik ook scheidsrechters tegen. Een moderne benaming is mediator, oftewel bemiddelaar. Een mediator wordt vaak ingeschakeld als een soort laatste redmiddel, als twee echtgenoten samen er niet in geslaagd zijn hun relatieproblemen op te lossen. Als die mediation niet lukt resteert de gang naar advocaten, die de echtscheidingsprocedure in werking stellen. Ook advocaten moeten vaak bemiddelen, maar dan met een ander doel. Zij onderhandelen voor hun cliënt om zo goed mogelijke voorwaarden te krijgen voor de scheiding. Meestal heeft elk van de echtelieden een aparte advocaat, maar als er geen sprake is van een vechtscheiding wordt om kosten te besparen ook wel gekozen voor een gezamenlijke advocaat.
Een mediator wordt daarentegen altijd “ingehuurd” door beide partijen, of het nu gaat om een zakelijk conflict of bij een mogelijk uit elkaar gaan van echtelieden. In het laatste geval zit er een valkuil in. Een mediator moet dus onafhankelijk zijn, maar lukt dat altijd?
Bemiddelaars zijn ook mensen met een gevoel. Afstand nemen tot hun clientèle is moeilijk, hoe professioneel ze ook zijn. De bedoelingen bij mediation zijn glashelder: Proberen om breuken te herstellen, mensen die in een moeilijke situatie zitten tot elkaar brengen.
Wanneer het initiatief om een mediator in te schakelen nadrukkelijk van één van beide partijen komt is het niet verwonderlijk, dat een mediator de argumenten van die partij als vertrekpunt neemt voor het traject dat gevolgd gaat worden. Een traject? Ja zeker, er wordt via een min of meer van te voren vaststaande methode een tijdlijn bepaald. Beide partijen komen eerst samen met de mediator om in een gesprek de situatie toe te lichten. Daarna wordt er gesplitst. Er volgen enkele sessies tussen de mediator en elk van beide partijen afzonderlijk. Tenslotte is er een evaluatie waarin alles wat op tafel is geweest tot één conclusie gesmeed wordt. Dan moet blijken of de bemiddeling succes heeft gehad.
Ik heb zelf “aan den lijve” ondervonden hoe zo’n mediation kan uitpakken. In mijn geval heeft het niet geleid tot herstel van de relatie. Ik kreeg in de slotsessie een eisenpakketje voorgelegd, waar ik slechts gedeeltelijk aan kon /wilde voldoen. Toen was het einde oefening. Mediation heeft te maken met gevoelens maar ook komt het er op aan, hoe sterk ik en de ander in onze schoenen staan. De mediator neemt overigens niet het besluit over de uitkomst, dat doen de partijen waar het om gaat.
Wie heeft zelf ervaring met mediation bij relatieproblemen gehad? Wie durft zijn / haar ervaringen hier te delen?
Is het sowieso zinvol om als er sprake is van een groot meningsverschil de hulp van een bemiddelaar in te roepen of kan men beter op eigen houtje proberen het probleem op te lossen?