Zo stil...Nieuwjaarsmorgen
vrijdag 1 januari 2021
Op mijn smartphone heb ik een app gedownload van Eric Scherder, hoogleraar neuropsychologie. Velen zullen hem wel herkennen van uitzendingen over weetjes van de hersenen op de televisie. De app heet “Ommetje”. Het is geen stappenteller, maar het is wel mogelijk bij thuiskomst de gelopen route te zien, tevens de afgelegde afstand. Het zou Eric Scherder niet zijn, om diverse weetjes na afloop van de wandeling toe te voegen. Nu maak ik regelmatig een ommetje. Het liefst loop ik langs de Vliet, een zijriviertje naar de Oude Maas. Er is een schelpenpad aangelegd en er staan langs de route enkele bankjes. Wanneer je regelmatig dezelfde route loopt, gebeurt het dikwijls dat je dezelfde mensen tegenkomt. Vanmorgen, Nieuwjaars ochtend, zag ik al uit de verte dat het bankje bezet was. En ik wist ook wie. Regelmatig komen wij elkaar tegemoet tijdens een wandeling. Hij met zijn hond. Het is van de toevallige ontmoetingen, dat ik hem ken. Nou ja, eigenlijk ken ik hem niet, weet niet eens zijn naam. Wel van de hond. ‘Billy’. Zo af en toe maken wij een praatje en ga ik naast hem zitten op het bankje. Hij heeft last van etalagebenen en moet zo af en toe rusten, zo vertelde hij mee eens. Ik ga naast hem zitten en wij wensen elkaar alle goeds toe voor het Nieuwe Jaar. En ja, het zal niemand die dit op deze Nieuwjaarsdag leest verbazen, denk ik zo, dat we het over de jaarwisseling hadden. En… het verbod op het afsteken van vuurwerk. We konden er niet over uit, dat er zoveel vuurwerk nog werd afgestoken. Vooral de bijna ‘bommen’ te noemen, waarvan de ruiten rinkelden. We vervolgden onze weg. Hij met “Billy” de andere kant op. Ik ben afgelopen nacht tot twee uur wakker gebleven. Telefoontjes en whatsAppjes van kinderen, kleinkinderen beantwoord. De digitale communicatie geven mij toch het gevoel mij niet alleen te voelen.
Onverwachte ontmoetingen zoals deze vind ik waardevol. Contact maken met mensen, praten over onderwerpen maken mijn dag goed. En tijdens wandelingen kom ik dikwijls mensen tegen. Niet iedereen houdt van een praatje, maar toch heb ik soms bijzondere gesprekken, bijzondere momenten. Eigenlijk is het net zoals bij het daten. Ik ontmoet iemand, geheel blanco. Iemand ontdekken, interesses hebben in elkaar, leidt soms tot fijne ontmoetingen. Ontmoetingen waar vriendschap uit kan ontstaan. Zo zie ik het daten. Het gaat natuurlijk lang niet altijd zoals ik het zou wensen. Net als bij het wandelen ook niet iedereen van een praatje houdt. Mijn intentie is om een fijne ontmoeting te hebben wanneer er een afspraak om te daten wordt gemaakt. Niet gelijk aan een relatie te denken. Elkaar leren kennen heeft tijd nodig. Vroeger ging ik ook niet gelijk de bedstede in, of werden er plannen gemaakt om maar op korte termijn samen te gaan wonen. “Verkering” had je, soms wel drie jaar lang.
Maar goed, we staan weer aan het begin van een Nieuw Jaar. Wat het ons zal gaan brengen…? Als individu kan ik er maar het beste van maken, zeker in deze sterk veranderende tijd. Een tijd waarin er zorgen zijn om het verloop van de pandemie, maar ook het klimaat.
Zo stil
Een bankje om te rusten.
In de winterzon,
misschien dat verliefde paartjes elkaar kusten
toen het zomers in de schaduw kon.
Het bankje heeft haar geheimen bewaard,.
Warme billen, kindervoetjes, opgetrokken benen.
Verdriet, emoties, geluk en liefde vergaard.
Gesprekken die op de golven van de wind verdwenen.
Vaststaand, op steeds dezelfde plek.
Storm, zon, wind en regen doorstaan.
Jaar in jaar uit nodigt dit bankje uit
om gedachten te laten gaan.
Ik nam op het bankje plaats vandaag,
het jaar tweeduizendentwintig overdenkend.
Wat overheerst is het virus dat ons nog steeds belaagd
Ik put hoop uit de natuur. Een nieuw begin is wenkend.
Ik wens eenieder een voorspoedig Nieuw Jaar toe
Liefs,
Monique
geplaatst door monique3 - 2568 keer gelezen
Vorige berichten
Over sokken enzo
De al wat oudere man van nu heeft het niet makkelijk. Is hij zijn hele volwassen leven door om het even welke vrouw beschimpt vanwege zijn hoog opgetrokken witte sokken, nu verachten jonge vrouwen hem vanwege zijn enkelsokken. Kijk naar ons, roepen ze, kijk hoe wij dat doen, hoge witte sokken dragen! Ach, hoe vaak is hij wel niet afgewezen omdat hij bij een date fier zijn witte sokken droeg?
Nog niet zo lang geleden, op een veel te warme dag, had ik een wandeldate met een man die speciaal voor de gelegenheid zijn onzichtbare sokken had aangetrokken. Nou was deze man een ervaren wandelaar, hij wist dus dat zijn ijdelheid zere voeten zou opleveren. Soms zijn zere voeten niet erg - en soms dus wel. Als de beloning uitblijft, bijvoorbeeld. Had ik zijn kuiten niet genoeg bewonderd, of deed het er niet meer toe of ik hem aantrekkelijk vond of niet? Hoe dan ook, op een bankje aan de bosrand trok hij zijn onzichtbare sokken uit en verving ze door functionele wandelsokken, sokken tot boven de enkel. Ik keek gebiologeerd toe - wat hij niet zo leuk vond, geloof ik. En ik? Ach, ik wilde alleen maar weten of ik de gedachte kon verdragen om zijn teennagels te knippen. Daar heb ik ooit een blog over geschreven. Maar toen, tijdens die wandeling, was het te warm om er een samenhangend verhaal van te kunnen maken…
Bij gebrek aan geschikte wandelingen in het algemeen en aan date-wandelingen in het bijzonder, besloot ik op een ochtend om naar Rotterdam te reizen. In het Natuurhistorisch Museum liep de tentoonstelling ‘Stippen, strepen en spiralen’ - wat mijn denkhoofd vertaalde als ‘zich herhalende patronen, een rij opeenvolgende gebeurtenissen met één constante factor’.
Op station Rotterdam Centraal hangen twee in oranje werkkleding gehulde mannen de kerstverlichting op: Hoogwerker, trapje, pylonnen, afzethek, afzetlint; dit is andere koek dan de kerstboom thuis. Het is koud in Rotterdam, en het is er vooral veel te druk. Een fietser laat me met een galant handgebaar het zebrapad oversteken, maar de auto naast hem rijdt door, zodat ik stop en alsnog bijna onder de fiets kom. Pas in het Museumpark voel ik me weer op mijn gemak. Het Depot, die gigantische, met spiegelglas beklede bloempot, laat zich prima lenen als testobject bij een date - bedenk ik terwijl ik naar mezelf sta te staren. Zijn we blij om elkaar samen te zien lopen? Besluiten we om de Eerste Kus te vereeuwigen in de bolle spiegels? Maar om mij heen lopen al wat oudere vrouwen, twee aan twee, en ze praten over culturele dingen. Oh ja, de mogelijk toekomstige geliefden lopen natuurlijk langs de zee…
In het Natuurhistorisch Museum ziet de tentoonstelling ‘Stippen, strepen en spiralen’ er kinderlijk uit. Niks zich herhalende patronen. Ik kies voor het best interessante ‘Nationaal Park Rotterdam’. Rotterdam is immers de stad van mijn vader.
Terug op station Leiden Centraal, blijkt ook daar de kerstverlichting te zijn opgehangen. En op het bureaublad in mijn werk/logeerkamer liggen sokken te wachten tot ik er met een gedicht en vrolijk papier een sinterklaascadeautje van maak. Het zijn sokken voor mijn schoonzoons, sokken met fietsen erop, en met treinen. Ik koop graag sokken. Zelf heb ik vierentachtig paar sokken: zomer sokken, winter sokken, hoge sokken, lage sokken, enkelsokken, teensokken, compressie sokken, wandelsokken, te oude sokken, nieuwe sokken - en witte sokken. De witte draag ik voornamelijk ‘s nachts, ook wanneer jij naast, bij, of met mij slaapt. Dan weet je het alvast.
Genieten van je relatie net zoals van je eten?
Ik probeer waar mogelijk thuis te eten. Omdat ik nog steeds single ben kook ik vaak voor een paar dagen tegelijk, wat over is wordt in een of meer bakjes in de koeling bewaard. Voorverpakte ingrediënten zijn qua hoeveelheid vaak afgestemd op huishoudens van een persoon, en eenmaal opengemaakte pakjes kunnen soms moeilijk bewaard worden.
Er is niets mis met uit eten gaan, ik ken heel wat alleengaanden die hun kookplaat of fornuis vrijwel nooit gebruiken. Anderzijds is het een uitdaging om een lekkere maaltijd op tafel te zetten zonder dat het je de kop. teveel tijd en energie kost. Toch is het gezelliger met z’n tweetjes aan tafel te zitten. Ik ken van nabij een stel, waarvan de ene helft na de scheiding geen warm eten heeft klaargemaakt, hoewel zij een prima ingerichte keuken heeft. Toen zij nog getrouwd was kookte manlief altijd…
Eten is bedoeld als voeding voor het lichaam, maar het mag / moet ook smakelijk zijn. Dat hangt af van wat er op het menu staat, maar evenzeer van wie het klaarmaakt en of diegene er plezier in heeft achter de pannen te staan. Als er dan een smakelijke maaltijd op tafel komt, doorgaans als avondeten, is het genieten. Variatie van het menu en gezond eten zijn een van de pijlers waarop een gezond lichaam rust.
Ik denk, dat je ook in en van een relatie mag genieten, misschien zelfs wel moet genieten. Als het plezier er niet (meer) is, dan is het goed net als bij het samenstellen van een menu te kijken, of het schort aan de samenstelling van de maaltijd, aan de kok(s) of aan diegenen, die aan tafel plaatsnemen.
Ik heb op vakantie in het buitenland een paar teleurstellende ervaringen met eten in een hotel beleefd. In een op papier driesterren hotel in Frankrijk was het ontbijt zo miserabel, dat een van de gasten en ik een dag daarvoor naar de plaatselijke super gingen om fruit en brood, dat normaal te snijden was te kopen. In Italië, een half jaar eerder was het diner beneden de maat.
Is het mogelijk zo, dat wat de een voor zichzelf acceptabel vindt voor iemand anders niet door de beugel kan? Net als in een relatie, wanneer ik twee relaties naast elkaar leg waarin de verhoudingen op het eerste gezicht vergelijkbaar zijn. Dan zijn er onderhuidse spanningen, waardoor het ene stel wel bij elkaar blijft het andere stel uit elkaar gaat.
Soms raakt het genieten als mensen langdurig met elkaar samen zijn op de achtergrond. Een ander stel met puberkinderen, dat ik ook goed ken werken allebei; ondanks hun drukke gezin gaan ze regelmatig getweeën naar een theatervoorstelling, ze zijn dol op cabaret. Dan genieten ze in hun relatie van iets, waar ze samen in geïnteresseerd zijn. Dat is dan natuurlijk “Quality time”.
Door de drukke tijd ruimen mijns inziens velen die een relatie hebben te weinig tijd in om samen te genieten. Met alle gevolgen van dien. Elk van beiden ontwikkelt eigen interesses, het praktiseren daarvan kost tijd, vaak geld, en als slot van het liedje is men uit elkaar gegroeid.
Misschien zou er een recept, een tijdlijn voor het samen genieten zijn. Dan moet de wil daarvoor wel aanwezig zijn!
Geur
Geur
Op de grote tafel waar ik nu op deze sombere zondagmorgen mijn blog zit te schrijven, staat een vaas met gedroogde pioenrozen. De kleuren zijn prachtig oudroze. Ik houd van die kleur. Het doet mij denken aan vroeger. De oudroze gordijnen in onze woonkamer en doet mij denken aan mijn Oma die zo n kleur blouse droeg. Een kleur van tijdloze elegantie. Ikzelf ben nu in het bezit van een trui in deze zachte tint. Bovendien doet mij het denken aan de rozen die ik van mijn lief kreeg tijdens onze verlovingstijd. Bij zijn lange afwezigheid op zee, legde ik een roos tussen de bladen van een boek. Ik kwam er laatst nog één tegen tussen boeken uit die tijd, boeken die ik nooit zal wegdoen. Vervaagde bloemblaadjes in een haast antieke tint uit een lang verleden. Helaas is de geur hiervan verloren, daartegenover heeft deze roos de geur overgenomen van het oude boek.
“Niets doet het verleden zo volledig herleven als een geur die er ooit mee werd geassocieerd” Vladimir Nabokov
Echter deze pioenrozen die ik in de dit afgelopen jaar in maand Mei heb geplukt en daarna heb gedroogd is de geur nog steeds aanwezig. Ik kan het niet laten om af en toe aan ze te ruiken. Deze pioenrozen hebben ooit in de tuin van mijn moeder gestaan. Wanneer ik de geur weer ruik, denk ik aan haar, maar ook aan de geur die ze verspreiden wanneer ik bij haar op bezoek de geur rook van de bij haar op tafel staande vaas met pioenrozen. Ik zie dan nog de woonkamer voor mij en zie ik haar daar aan tafel zitten. Evenals bij muziek worden geuren herinneringen. Simpelweg omdat ze te maken hebben met onze emoties. Tijdens het wandelen in de zomer kwam ik een keer langs een struik Jasmijn. Door een vleugje wind kwam de geur van de bloemen mij al tegemoet. Het bracht mij weer terug naar de plek waar ik was als kind tijdens een fietstocht met mijn ouders. Mijn moeder liet mij de bloemetjes ruiken.
“Liefde is in de eerste plaats van de geur van de ander houden” Pascal Quinaard
Wat is er heerlijker dan het ruiken van een pasgeboren baby. Kinderen ruiken nog neutraal en bij hen zijn de zweet klieren nog niet zo ontwikkelt. Ieder mens is uniek, in zijn/haar karakter, maar ieder mens heeft ook een eigen geur. En daar houdt je van, of je loopt er hard bij weg. Dus onze keus om verliefd te worden hangt niet alleen van onze zintuiglijke vermogens af, maar ook van ieders geur.
Geef mij maar de geur van pas gemaaid gras, dan denk ik aan de Lente. Of de geur van net gezette koffie. Uitnodigend bij iemand binnen komend. Of… geef mij maar iemand die ik lekker vind ruiken!
Liefs,
Monique