Flashback
woensdag 10 juli 2024
Herkennen jullie dit? Ik zat vorige week naar een tv-programma te kijken en ineens herinnerde ik mij spontaan een soortgelijke situatie uit mijn jeugd. Ik keek naar de uitzending van De Augurkenkoning. Dat programma ging over een ouderwets familiebedrijf, waar vader absoluut de scepter zwaait over het personeel en zijn 2 zonen, die ook in het bedrijf werkzaam zijn. Mijn vader had vier textielwinkels, ook wel manufacturenwinkels genoemd, waar hij het onbetwiste opperhoofd was.
Mijn moeder had niks met die winkels te maken, ze zwaaide thuis de scepter over ons gezin met zes kinderen. Helaas gingen de gesprekken thuis altijd over die 4 winkels. Mijn vader maakte nou eenmaal veel meer mee overdag dan mijn moeder thuis en moest dat kwijt. Toen ik 12 jaar oud was, zag ik er lichamelijk best volwassen uit. In de grote vakantie moest ik meehelpen in een van de winkels. De hulpverkoopsters gingen nou eenmaal ook in die periode op vakantie en dan was het handig als de dochter van de baas een handje meehielp. Ik mocht alleen niet met geld omgaan en de kassa bedienen, want ik stond uiteraard niet op de loonlijst. Maar waar kwam die herinnering aan deze bedrijfsethiek bij mij naar boven?
Nou, de augurkenkoning schroomde niet om in het bijzijn van het personeel zijn eigen zoon een fikse uitbrander te geven, toen hij iets faliekant verkeerd had gedaan. Dat was mij ook overkomen. We hadden zo'n antieke goudkleurige kassa met ingegraveerd patroon en ronde aanslagtoetsen. Ik wilde perse EEN keer die mooie kassa bedienen, het bedrag aanslaan en met een klant afrekenen. Op een gegeven moment duwde een klant mij precies het gepaste geld voor een klosje garen in mijn handen en met trillende handen sloeg ik het bedrag op de kassa aan. Mijn vader zag dat en ik kreeg me toch de wind van voren !! De cheffin van de winkel griste snel het geld uit mijn handen en ik werd meteen naar de personeelsruimte achterin de winkel gestuurd.
Maar we werden ook beloond als we goed hadden meegeholpen. Ik herinner me stapels folders van de uitverkoop van merkgoederen die ik van een stempel van onze winkel moest voorzien. Mijn 2 oudere zussen gingen daarna die folders huis aan huis bezorgen bij ons in de buurt. Dat gebeurde een paar keer per jaar. Daarna haalde mijn vader altijd een liter schepijs bij de ijswinkel in onze buurt, mijn moeder maakte daar sorbets van. Ik zag op tv dat het personeel van het augurkenbedrijf gefeteerd werd op haring met uitjes, als ze extra hard moesten aanpoten toen de nieuwe oogst snel verwerkt moest worden.
De mooiste beloning bij ons thuis moest echter nog komen. Met Sinterklaas kregen we alle drie fonkelnieuwe kunstschaatsen. De winters hadden in die tijd altijd een vorstperiode dat je op natuurijs kon schaatsen. De gravelbanen van de tennisclub bij ons in de straat werden dan omgetoverd in een natuurijsbaan. Niks mooiers dan met onze nieuwe schaatsen pirouettes te gaan oefenen. Wat heb ik aan deze jeugdperiode nou overgehouden wat betreft verwachtingen van een man?
Ik ben opgevoed in de sfeer van werken voor je geld en de tering naar de nering zetten. Ik was dan ook niet lui en nog steeds niet. Een man die graag in een opgemaakt bedje terecht komt, maar zelf de handen niet uit de mouwen steekt, past dan ook niet bij mij. Dus niet meteen zeggen, dat kan ik niet, ik schakel wel iemand in die er meer verstand van heeft. Tenzij het puur vakwerk is, eerst zelf eens iets proberen. Daar is niks mis mee, toch?...
geplaatst door sixty - 1419 keer gelezen
Vorige berichten
Geur
Geur
Op de grote tafel waar ik nu op deze sombere zondagmorgen mijn blog zit te schrijven, staat een vaas met gedroogde pioenrozen. De kleuren zijn prachtig oudroze. Ik houd van die kleur. Het doet mij denken aan vroeger. De oudroze gordijnen in onze woonkamer en doet mij denken aan mijn Oma die zo n kleur blouse droeg. Een kleur van tijdloze elegantie. Ikzelf ben nu in het bezit van een trui in deze zachte tint. Bovendien doet mij het denken aan de rozen die ik van mijn lief kreeg tijdens onze verlovingstijd. Bij zijn lange afwezigheid op zee, legde ik een roos tussen de bladen van een boek. Ik kwam er laatst nog één tegen tussen boeken uit die tijd, boeken die ik nooit zal wegdoen. Vervaagde bloemblaadjes in een haast antieke tint uit een lang verleden. Helaas is de geur hiervan verloren, daartegenover heeft deze roos de geur overgenomen van het oude boek.
“Niets doet het verleden zo volledig herleven als een geur die er ooit mee werd geassocieerd” Vladimir Nabokov
Echter deze pioenrozen die ik in de dit afgelopen jaar in maand Mei heb geplukt en daarna heb gedroogd is de geur nog steeds aanwezig. Ik kan het niet laten om af en toe aan ze te ruiken. Deze pioenrozen hebben ooit in de tuin van mijn moeder gestaan. Wanneer ik de geur weer ruik, denk ik aan haar, maar ook aan de geur die ze verspreiden wanneer ik bij haar op bezoek de geur rook van de bij haar op tafel staande vaas met pioenrozen. Ik zie dan nog de woonkamer voor mij en zie ik haar daar aan tafel zitten. Evenals bij muziek worden geuren herinneringen. Simpelweg omdat ze te maken hebben met onze emoties. Tijdens het wandelen in de zomer kwam ik een keer langs een struik Jasmijn. Door een vleugje wind kwam de geur van de bloemen mij al tegemoet. Het bracht mij weer terug naar de plek waar ik was als kind tijdens een fietstocht met mijn ouders. Mijn moeder liet mij de bloemetjes ruiken.
“Liefde is in de eerste plaats van de geur van de ander houden” Pascal Quinaard
Wat is er heerlijker dan het ruiken van een pasgeboren baby. Kinderen ruiken nog neutraal en bij hen zijn de zweet klieren nog niet zo ontwikkelt. Ieder mens is uniek, in zijn/haar karakter, maar ieder mens heeft ook een eigen geur. En daar houdt je van, of je loopt er hard bij weg. Dus onze keus om verliefd te worden hangt niet alleen van onze zintuiglijke vermogens af, maar ook van ieders geur.
Geef mij maar de geur van pas gemaaid gras, dan denk ik aan de Lente. Of de geur van net gezette koffie. Uitnodigend bij iemand binnen komend. Of… geef mij maar iemand die ik lekker vind ruiken!
Liefs,
Monique
Aanhankelijk
Op een uitnodiging is wel eens te lezen, genodigden zijn van harte welkom ‘met aanhang’. Goed bedoeld natuurlijk maar het klinkt eigenlijk niet zo positief, als iets waar ik mee behept ben. Zoals een klit aan mijn kleren hangt, of een rugzakje aan mijn schouders, of het kind aan moeders rokken, zo hangt de aanhang aan mij. Maar er zit zeker ook een positieve kant aan. Een aspect dat verloren is gegaan in het neutrale woord ‘partner’, dat tegenwoordig gangbaar is. Dat is de kant die je nog terugvindt in het woord ‘aanhankelijk’. Het is niet alleen dat je een relatie met een partner hebt, maar aanhankelijk betekent ook “trouw, toegewijd, innig gehecht” (Ensie).
Het tegendeel van aanhankelijk is áfhankelijk. Dat is taalkundig zo klaar als een klontje ;-), maar de twee worden toch nogal eens met elkaar verward. Dan wordt de liefde een soort van ‘wederzijdse afhankelijkheid’ en dat is een misvatting. Natuurlijk is er niets mis mee wanneer je op elkaar bouwt, op elkaar rekent, elkaar steunt. Maar de liefdesrelatie is op waarden gebaseerd, niet op profijt. Wij laten elkaar in onze waarde(n) zeggen we dan. In de praktijk betekent het, dat ik geef zonder iets terug te verlangen. Want wat ik terug krijg, dat is aan de ander, de aanhang zogezegd. Zelfs als mijn aanhang afhankelijk is van (mijn) zorg, dan kan dat niet de basis van een liefdesrelatie zijn, maar alleen een uiting ervan. En wanneer we op die manier een waarde(n)volle verbinding aangaan zal moeten blijken, of wij met elkaar, met die ‘wederzijdse aanhankelijkheid’ gelukkig zijn.
Gaat dat over vertrouwen? - het lijkt er wel op. Daar zit het woord ‘trouw’ in, zoals ook in ‘trouwen’ en ‘huwelijkstrouw’. Dat ‘trouw’ wordt menigmaal platgeslagen tot ‘niet vreemd gaan’, maar trouw betekent veeleer dat ik te vertrouwen ben, dat ik oprecht ben, dat iemand op mij kan bouwen. En dat is weliswaar allemaal niet onbelangrijk maar er is meer aan de hand, iets dat dieper gaat dan vertrouwen. Daar kom ik bij de positieve invulling van aanhankelijkheid, dus als tegenhanger van afhankelijkheid. Het is een wonderlijke verbinding tussen autonomie en overgave, die we herkennen als liefde. Er is geen vinger op te leggen maar als het raak is, dan voel je het wel!
Aanhankelijkheid als tegengestelde van afhankelijkheid, het is even wennen maar ik denk voor een aantal hier wel invoelbaar. Dat we toegewijd en gehecht zouden willen zijn, maar tegelijkertijd ook autonomie willen behouden. Sterker nog, dat we onze en elkaars autonomie beschouwen als een gezonde basis voor liefdevolle verbinding.:-P
Aanpassen aan wenselijk gedrag
Aanpassing hoeft niet per se problematisch te zijn. Dat wordt het pas, als je er zelf geen controle meer over hebt. Met een duur woord wordt dat "fawning" genoemd : behagen door steeds maar een wit voetje te willen halen. Je past je aan om de situatie veilig te houden en de ander tevreden te stellen, doet bijna alles wat daarvoor nodig is.
Een goed voorbeeld hiervan is een sollicitatiegesprek. Voor je het weet leg je je hele agenda op tafel en stem je in met het aannemen van extra werk. De tegenzin die je van binnen voelt, leg je naast je neer. Na afloop kan je je dan fysiek uitgeput voelen. Je hebt je eigen grenzen opzij gezet om die baan te krijgen. Erger wordt het, als dat gedrag ook regelmatig bij vrienden en familie gebeurt."Tuurlijk, als jij wilt dat we het anders doen, doen we dat. Excuses voor mijn domme opmerking, hoe kan ik het goed maken? Sorry, zo had ik niet bedoeld ". Alles voor de lieve vrede, om maar conflicten te vermijden.
Prima als je het echt meent, maar waarschijnlijk zit er ook angst voor afwijzing in, of om verlaten te worden. Jezelf in allerlei bochten wringen, kan je later lelijk opbreken. Op een gegeven moment vraag je je toch af. Waarom kwam ik niet beter voor mezelf op? Maar ja, als je je aangevallen voelt, lukt het op dat moment niet meer om logisch na te denken. Veel mensen gaan dan over tot pleasen. Sociaal wenselijk gedrag tonen hoeft ook helemaal geen probleem te zijn. Jezelf eens wegcijferen kan veel opleveren. Sympathiek gevonden worden, voldoening voelen over wat je hebt bereikt, waardering door anderen, misschien krijg je daardoor ook nieuwe vrienden.
In een groep kan het zelfs noodzakelijk zijn om je aan te passen. Je bereikt niks door je tegen een hechte groep af te zetten. Maar wil dat dan zeggen dat je alleen nog maar kan zeggen wat anderen van je willen horen? Natuurlijk niet, je mag best zeggen hoe je je voelt, als je de ander ook maar in zijn of haar waarde laat. Evolutionair gezien is er zelfs een mechanisme dat onderwerping heet. Voorbeeld? Een klein hondje dat kwispelend op zijn rug gaat liggen als er een grotere hond op hem afkomt, in een poging die gunstig te stemmen om zo de aanval te voorkomen. Dat is immers veiliger dan verzet.
Veel misverstand bij digitaal contact zit in de anonimiteit, vaak kennen de mensen elkaar niet persoonlijk. Het gevaar is dan groot om een post, of tekst, verkeerd te interpreteren, of om te zetten naar de eigen ervaring. Bij persoonlijk contact kan je een misverstand meestal goed uitleggen en dan weer recht zetten. Bij een forum is dat moeilijker, dan kan je zomaar een hele groep over je heen krijgen, die elkaar liken, nog eens extra op de zere plek gaan drukken, gevaar voor escalatie dus. Meestal bloedt de discussie vanzelf dood, als je er verder niet meer op reageert. Verschil van mening of inzicht met een groep die je als eenling ervaart, lost dan niks op. Hoeft ook niet, als die verschillen gewoon naast elkaar mogen bestaan...